Retributie op de afgifte van afval op het stedelijk recyclagepark

Dienstjaren 2002 t/m 2006

voorontwerp

De gemeenteraad van Mortsel,

Gelet dat men eenmaal per week maximaal 1,5 m3 van de navermelde materialen mag afgeven op het stedelijk recyclagepark, zoals opgenomen in het politiereglement op het voorkomen, sorteren en verwijderen van huishoudelijk afval;

Gelet op artikel 117 van de nieuwe gemeentewet;

Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 29 oktober 1996 houdende goedkeuring van het retributiereglement op de afgifte van materialen op het gemeentelijk recyclagepark - dienstjaren 1997-2001, aangepast bij gemeenteraadsbeslissing d.d. 26 juni 2001;

Gelet op het advies van de milieuraad d.d. 11 oktober 2001;

Gelet op het voorstel van het college van burgemeester en schepenen;

Gelet op de besprekingen in de gezamenlijke raadscommissie van

BESLUIT IN OPENBARE ZITTING:

Art.1. Met ingang van 1januari 2002 en eindigend op 31 december 2006 wordt een retributie geheven op de afgifte van recycleerbaar grof huisvuil op het stedelijk recyclagepark.

Onder grof huisvuil wordt verstaan: afvalstoffen van huishoudelijke oorsprong die door hun aard en omvang afzonderlijk dienen te worden ingezameld. Het bestaat uit volgende fracties: steenpuin, groenafval, oude metalen, recycleerbaar houtafval, wit- en bruingoed (zoals gedefinieerd in art.3.5.1 .1 van het VLAREA) en banden van personenwagens.

Art.2. De retributie is verschuldigd door de persoon die tot afgifte overgaat.

Art.4. De retributie wordt vastgesteld als volgt:

Art.5. Alvorens tot afgifte te mogen overgaan dient:

  • het stadsbestuur het te storten bedrag vast te stellen. Deze vaststelling zal gebeuren op de werf.
  • de betrokkene zal de verschuldigde retributie in bewaring geven in handen van de stadsontvanger of zijn afgevaardigde, welke hiervoor een ontvangstbewijs zal afleveren.
  • Art.6. Nadat tot storting werd overgegaan zal het in bewaring gegeven bedrag als retributie worden geboekt.

    Art.7. Bij niet-minnelijke regeling van deze retributie zal de inning gebeuren bij burgerlijke rechtsvordering.

    Art.8. Een onderzoek de commodo et incommodo zal ingesteld worden. Indien tijdens dit onderzoek geen bezwaren worden ingediend zal deze beslissing als bepaald vastgesteld worden aanzien en voor akteneming overgemaakt worden aan de bevoegde overheid.

    laatste wijziging: 11/08/10