Advies kwaliteit bebouwing achter stadhuis

Advies milieuraad van 11 september 2014:

De milieuraad heeft vernomen dat de bouwaanvraag voor het oprichten van appartementsgebouwen in de zone achter het stadhuis (Dosfellei) bij het stadsbestuur neergelegd werd.

Volgens www.energiesparen.be kunnen de EPB-eisen voor een dergelijk project (met een vergunningsaanvraag ingediend in 2014) als volgt samengevat worden:

Het aangevraagde gebouw heeft blijkbaar een gepland E-peil van 50 tot 54 (wisselend afhankelijk van de wooneenheid) en een K-peil van 31.

Volgens dezelfde website zal er vanaf 2016 een E-peil van 50 gelden. Vervolgens zal het verplichte E-peil stapsgewijs nog verder aangescherpt worden tot 2021 (zie onderstaande figuur). Deze evolutie past in de Europese regelgeving gericht op bijna energieneutraal bouwen en wonen.

De milieuraad stelt vast dat de bouwheer aan de huidige regelgeving voldoet, maar geen ambities toont om het beter te doen. De bouwheer heeft het project zo opgevat dat hij niet verplicht is om te investeren in een minimum hoeveelheid energie uit hernieuwbare energiebronnen.

In de praktijk wordt hier dus een reeks gebouwen gepland die net voldoen aan de geldende EPB-eisen van 2014. Rekening houdende met de vooropgestelde evoluties zijn de huidige gebouwen en wooneenheden binnen de twee jaar “verouderd” als we naar de energieprestatie kijken.

In 2012 bleek bijna 50% van de EPB-aangiften reeds te voldoen aan de EPB-eisen van 2014-2015 die gelden voor deze bouwaanvraag . Op basis daarvan kan gesteld worden dat het ambitieniveau van de bouwheer op energetisch vlak erg laag is. Blijkbaar geldt deze vaststelling voor meer projecten in Mortsel: In hetzelfde rapport is immers te zien dat het gemiddeld EPB-peil 79 is voor Mortsel, terwijl de buurgemeente Hove erin slaagt een gemiddeld peil van 66 te realiseren. Door als stad zelf energetisch weinig vooruitstrevende projecten te realiseren, zal de stad er nooit in slagen tot de beteren van de klas te gaan behoren. Uiteraard zal dit afstralen op de klimaatdoelstellingen die de stad wenst te realiseren.

De milieuraad betreurt dus dat de stad Mortsel voor haar nieuwe gebouwen (of van haar autonome bedrijven) geen voortrekkersfunctie wil vervullen door strengere EPB-eisen aan te nemen dan strikt minimum vereist is. De milieuraad wijst het stadsbestuur op het feit dat het voor appartementsgebouwen relatief eenvoudig en goedkoop is om strengere EPB-eisen te realiseren omdat elke wooneenheid meestal minder te isoleren buitenmuren heeft dan een vergelijkbare eengezinswoning. Bovendien gaat het hier over relatief veel wooneenheden, wat de mogelijke energiebesparing aanzienlijk maakt.

De milieuraad vraagt omwille van voorgaande vaststellingen en argumenten aan het stadsbestuur om:

De milieuraad wenst te benadrukken dat de milieuraad steeds gekant is geweest tegen de bebouwing van de parking achter het stadhuis. Bovenstaand advies doet daarom geen afbreuk aan eerdere negatieve adviezen daarover. Aangezien het bestuur echter voet-bij-stuk houdt, streeft de milieuraad met voorliggend advies naar een zo minimaal mogelijke milieu- en energie-impact.

Gevolg Gemeentebestuur Mortsel:

Het college van burgemeester en schepenen heeft op 01/12/2014 volgend gevolg gegeven aan het advies:

De milieuraad stelt vast dat de geplande bebouwing op de terreinen aan de Lodewijk Dosfellei (vroegere parking achter stadhuis) weinig energiezuinig zal zijn. Er wordt niet voldaan aan de Bijna Energie Neutraal normen (BEN-norm) van de Vlaamse overheid die vanaf 2019 voor alle overheidsgebouwen en vanaf 2021 voor alle nieuwe woongebouwen zal gelden. Het stadsbestuur, OCMW en zijn autonome bedrijven zouden op dit vlak een voorbeeldfunctie moeten hebben. Het stadsbestuur stelde in zijn bestuursakkoord ambitieus te willen zijn op het vlak van energiebesparing en klimaatbescherming.
Het college bevestigt dat dit gebouw op vlak van het E-peil niet aan de BEN-norm voldoet. Het K-peil (algemene isolatiegraad) scoort echter veel beter dan de BEN-norm (K31t.o.v. min K40). Het gebouw voldoet ook ruimschoots aan de ventilatie-eisen (type D), oververhittingsnorm en de netto-energiebehoefte van de BEN-norm.
Het hogere E-peil wordt verklaard door het niet toepassen van hernieuwbare energieopwekking -in dit project en de keuze voor klassieke verwarmingstechnieken.
Deze keuze betrof een evenwicht tussen bouwkost, verkoopprijs, winstmarge voor de opdrachtgever en duurzaam bouwen (maximaal investeren in isolatie, het toepassen hernieuwbare energieopwekking d.m.v. PV-panelen, kan na de verkoop nog geïnstalleerd worden door nieuwe eigenaars).

Meer info:

[Adviezen]

laatste wijziging:06/08/19