Enquête afval kleinhandelaars

Algemeen

Om als milieuraad op een gefundeerde en objectieve wijze advies te kunnen uitbrengen over het afvalbeleid voor bedrijfsafval van de kleinhandelaars, werd besloten om een uitgebreide bevraging te organiseren.

De enquête werd gehouden tijdens de zomer van 2001. Omwille van organisatorische redenen is de verwerking pas gestart einde 2002. Gezien er aan het afvalophaalsysteem van de stad weinig gewijzigd is, kunnen we stellen dat de dan verzamelde gegevens nog actueel zijn.

Er werden enquêteformulieren uitgedeeld op de voornaamste lokaties waar handelszaken geconcentreerd zijn: as Liersesteenweg – Statielei – Antwerpsetraat; Edegemsestraat; Mechelsesteenweg; Mortsel-dorp; Weerstandsplein; Osylei ; Deurnestraat; Hof van Rieth en Koeisteerthofdreef

Enkel de huizen die tekens van “handelsactiviteit” vertoonden (vb. winkel, diensten, vrij beroep, ambachten, …) werden bedeeld.

Supermarkten en winkels die deel uitmaken van grote ketens zijn niet opgenomen in de enquête.

Meetwaarden lager dan 10 % dienen met de nodige voorzichtigheid bekeken te worden omdat ze onzeker zijn wegens te weinig antwoorden.

Alle enquêteformulieren waren, om technische redenen, voorzien van een volgnummer. Dit heeft tijdens het verzamelen van de gegevens wat commotie veroorzaakt. Sommigen vreesden dat het volgnummer hun identiteit zou verraden zodat de door hun opgegeven cijfers tegen hen gebruikt zouden worden. Er werd opgeroepen het volgnummer onleesbaar te maken. Dit werd echter nauwelijks gedaan.
Anderzijds hebben meerdere handelaars hun enquêteformulier duidelijk voorzien van hun bedrijfsgegevens (alhoewel dit niet gevraagd of voorzien was).
Afvalbeleid kan dus in een onderneming ook een bedrijfsproces zijn waarover men fier is, waarmee men naar de buitenwereld kan uitpakken.

Respons

verdeling antwoorden per sector: 3% onbekend; 8% horeca; 8% voeding; 19% ambacht; 34% handel; 20% diensten; 8% gezondheidszorgVan de 500 formulieren die verspreid werden, zijn er nauwelijks 78 terugbezorgd. Het terugbezorgen van de formulieren verliep erg langzaam.
Met een responsgraad van 15.6% én de langzame terugbrengsnelheid, moeten we besluiten dat het thema “afvalverwijdering” niet erg actueel is bij de Mortselse middenstand.

Wie heeft de enquête ingevuld? Het taartdiagram geeft de verdeling van de antwoorden per sector weer:

Resultaten

Afvalfracties:

restafval:

Bijna alle handelaars (74%) maken gebruik van de stedelijke ophaling van restafval.

De gemiddelde handelaar (mediaan) zet 4 zakken per maand buiten.
Gezien de middelste handelaar (mediaan) slechts 2 zakken per maand gebruikt, moeten we vaststellen dat enkele handelaars veel meer restafval produceren, zodat het gemiddelde naar boven getrokken wordt.

Enkele handelaars hebben een privé-ophaler voor hun (rest)afval.
De anderen hebben geen opgave gedaan van de door hun geproduceerde hoeveelheid restafval.

GFT+ (groente-, fruit en tuinafval + gelijksgesteld afval):

Één op vijf respondenten (20%) produceert GFT+-afval. Hiervan wordt 3.1 zak per maand aangeboden.

Bijna alle GFT+-afval wordt aangeboden voor de huis-aan-huis-ophaling.
Het compostvat en het recyclagepark als alternatief heeft nog geen ingang gevonden.

PMD (Plastic, metaal en drankkartons):

PMD-afval wordt door 45% van de handelaars aangeboden.

Net zoals bij restafval, kan hier de aangeboden hoeveelheid sterk schommelen: gemiddeld 2.7 zakken per maand, met een mediaan van 1 zak per maand.

Papier en karton:

Volgens de enquête zou 82 % van de handelaars zijn papier en karton gescheiden aanbieden.
74% maakt gebruik van de maandelijkse ophaling door de stad, 19% brengt het naar het recyclagepark en 8 % maakt gebruik van een privé-ophaler.

Éen handelaar mag zijn karton en papier teruggeven aan zijn leverancier.

Er wordt gemiddeld 1.5 m³ papier- en kartonafval per maand geproduceerd.
Dit is merkelijk meer dan maximale hoeveelheid papier die aangeboden mag worden via de maandelijkse huis-aan-huis-ophaling.

Glas:

Een kwart (26%) van de handelaars heeft glasafval. Gemiddeld heeft de handelaar 16.9 flessen per maand te verwijderen.

65% van deze afval verdwijnt in de glasbol, 45% wordt naar het recyclagepark gebracht en 10 % van de flessen wordt teruggegeven aan de leverancier.

De personen die na gebruik hun glasafval teruggeven aan hun leveranciers, behoren tot de groep van modale aanbieders.
De grootste producenten van glasafval maken uitsluitend gebruik de stedelijke dienstverlening.

Gezien er gemiddeld slechts 16 flessen per maand (mediaan = 10 flessen/maand) verwijderd worden, vormen flessen voor de meeste handelaars een beperkt probleem.

KGA: (klein gevaarlijk afval):

Ongeveer 20% van de handelaars heeft KGA-afval.

Men produceert gemiddeld 0.63 kg KGA-afval per maand.

De helft van dit afval komt op het recyclagepark terecht, voor 20% wordt een privé-verwerker ingeschakeld, 13% gaat terug naar de leverancier.
BEBAT zorgt voor de verwijdering van de lege batterijen (ook goed voor 13%)

Wit- en Bruingoed:

Wit- en bruingoed wordt nauwelijks vermeld op de antwoordformulieren.

Waar nodig gaat het terug naar de leverancier of wordt het opgehaald via RECUPEL

andere afvalstromen:

12 % van de handelaars verzamelt verpakkingsfolie (gemiddeld 0.5 m³ per maand). De helft hiervan komt bij het restafval, een kwart gaat naar het recyclagepark en een kwart wordt door een privé-ophaaldienst verwerkt.

In 13% van de gevallen had men piepschuim als afvalstof. Ze verzamelen gemiddeld 1 m³ piepschuim per maand (mediaan: 0.5 m³ per maand).
In 50% van de gevallen kwam dit op het recyclagepark terecht, 20 % ging terug naar de leverancier, 20% werd afgevoerd naar een verwerker en 10% kwam bij het restafval terecht.

3% van de respondenten had houtafval en bracht dit weg naar het recyclagepark

Ook 3% had paletten, deze werden in de helft van de gevallen hergebruikt door de handelaar.

Oude metalen worden bij 5% van de handelaars aangetroffen. Zij brengen dit naar het recyclagepark of laten het ophalen door een dorpsfiguur.

trafiek naar recyclagepark: 10% te voet; 10% bestelwagen; 77% auto;3% fiets/motoTransport naar recyclagepark

De meeste handelaars brengen met de personenwagen hun afval naar het recyclagepark.

Openingstijden recyclagepark:

De meeste handelaars wensen hun afval te kunnen afleveren op maandag en zaterdagvoormiddag.

Voormiddagen zijn populairder dan namiddagen.

Een late opening (vb. tussen 17:00u en 19:00u) wordt nauwelijks gevraagd

gewenste openingstijden recyclagepark

KMO-afvalpark in een andere gemeente?

Het Mortselse recyclagepark is niet vergund om bedrijfsafval te verwerken en er bestaat een aparte reglementering voor huishoudelijk- en bedrijfsafval. Er kan overwogen worden om met de omringende gemeenten een speciaal afvalpark voor het bedrijfsleven in te richten.

Is de Mortselse handelaar bereid naar een buurgemeente te gaan om zijn afval weg te brengen?
Uit de enquête blijkt dat 67% van de handelaars bereid is de verplaatsing te maken.

Prijs van de afvalverwerking:

geschatte kostprijs jaarkaart afvalpark60% van de handelaars weet niet dat het verwerken van een restafvalzak meer dan 1.15 euro kost.

77% van de handelaars is bereid een jaarkaart te kopen die toegang geeft tot een afvalpark.

Er werd gevraagd te schatten welke kostprijs een dergelijke jaarkaart zal hebben.

Herbruikbaar afval:

In de enquête werden volgende afvalstoffen genoemd die nog een tweede leven zouden kunnen krijgen:

Terugnemen van afval door de leverancier:

39% van de handelaars geeft reeds afvalstoffen terug aan zijn leverancier.

Er is geen relatie vast te stellen tussen de geproduceerde hoeveelheid afval én het al dan niet teruggeven van afval aan zijn leveranciers.
Dit laat toe te veronderstellen dat het teruggeven van afval aan de leverancier een bewuste politiek is van deze handelaars, een houding die we enkel kunnen toejuichen.
Anderzijds geeft dat ook de nood aan om meer sensibilisatie te voeren rond de teruggave van afvalstoffen aan de leveranciers, zodat de overige 60 % van de handelaars deze afvalpiste ook gaat volgen.

zie ook: Afvalfracties

Organisaties:

Er zijn verschillende organisaties operationeel die instaan voor de terugname van afvalfracties.

In de enquête is gepeild naar de penetratie van deze organisaties bij de handelaars.

Resultaten:

  gekend gebruikt betaalt bijdrage
Fost+ 45% 25% 20%
VALIPACK 13% 5% 5%
BEBAT 26% 18% 13%

Het is opvallend dat het bestaan van deze organisaties in meer dan de helft van de gevallen niet gekend is bij de handelaar.

De antwoorden voor “betaalde bijdrage” waren evenzeer verrassend:

 

Marc Tobback 12/12/2002

[info]

laatste wijziging: 20/10/2004