De gemeenteraad van Mortsel,
Overwegende dat het stadsbestuur optie 7 (duurzaam gemeentelijk beleid) van het milieuconvenant 2000-2001 heeft ondertekend;
Gelet op het gemeentelijk milieubeleidsplan 2000-2004, goedgekeurd door de gemeenteraad op 28 maart 2000;
Overwegende dat het stadsbestuur werk wil maken van duurzame ontwikkeling in het algemeen en afval-
preventie in het bijzonder; dat de scholen hierbij een belangrijke rol kunnen spelen; dat de scholen hierbij door het stadsbestuur ondersteund en aangemoedigd moeten worden;
Gelet op het gunstig advies van de milieuadviesraad d.d.13 december 2001;
Gelet op de besprekingen in de gezamenlijke raadscommissie van 11 december 2001;
Gelet op art.117 van de nieuwe gemeentewet;
BESLUIT IN OPENBARE ZITTING (op 19 december 2001) MET 23 STEMMEN VOOR EN 6 STEMMEN TEGEN (M.SCHAMPAERT, L.VAN STAEYEN, J.DE BACKER, M.VAN CAMPFORT, T.PEPERMANS en M.CELIS):
Goedkeuring te hechten aan het volgende subsidiereglement om de afvalpreventie op scholen aan te moedigen:
Artikel 1:
Binnen de daartoe op de goedgekeurde begroting voorziene kredieten zal het stadsbestuur een subsidie verlenen aan scholen die initiatieven nemen om afval te voorkomen.
Elke kleuter-, lagere- en middelbare school of school voor buitengewoon onderwijs met een vestiging binnen Mortsel komt voor subsidie in aanmerking.
Artikel 2:
De subsidie is afhankelijk van de door de school genomen initiatieven:
2.1. pakket drankverpakking
De school koopt en verkoopt enkel drank in herbruikbare statiegeldflessen, ook bij het gebruik van drankautomaten.
Thee, koffie, soep of andere zelfbereide dranken worden aangeboden in herbruikbare tassen of bekers.
De school sensibiliseert ouders en leerlingen om geen drank in wegwerpverpakkingen (blik, brik en plastiek) mee naar school te brengen (via brief aan de ouders, oudervereniging, opname in lessenpakket, andere middelen).
De school zal voorafgaand een sensibilisatieplan ter goedkeuring aan het stadsbestuur voorleggen.
Het staat de scholen vrij om andere maatregelen te treffen rond de promotie van afsluitbare en hervulbare drinkbekers of -bussen.
Voor de uitvoering van dit pakket ontvangt de school een toelage van 1.5 EURO per leerling per schooljaar.
2.2. pakket brooddozen
De school sensibiliseert ouders en leerlingen om de brooddoos te gebruiken en geen wegwerpverpakkingen (aluminium- of plastiekfolie en zakjes) mee naar school te brengen (via brief aan de ouders, ouder-
vereniging, opname in lessenpakket, andere middelen).
De school zal voorafgaand een sensibilisatieplan ter goedkeuring aan het stadsbestuur voorleggen.
Het staat de scholen vrij om andere maatregelen te treffen rond de promotie van brooddozen.
Voor de uitvoering van dit pakket ontvangt de school een toelage van 0.75 EURO per leerling per schooljaar.
2.3. pakket composteren:
De school plaatst minstens 1 compostvat of -bak om een deel van het groenafval en/of keukenafval te composteren. Het composteren wordt geïntegreerd in het lessenpakket. Het compostvat of de compostbak worden samen met de leerlingen onderhouden.
Voor de uitvoering van dit pakket ontvangt de school een eenmalige toelage van 0.5 EURO per leerling.
2.4. pakket MOS/Groene school:
Scholen die deelnemen aan de projecten MOS (milieuzorg op school voor het basisonderwijs) en Groene school (voor het secundair onderwijs), georganiseerd door de Vlaamse gemeenschap, ontvangen, na een gunstige evaluatie door de organiserende instantie, een eenmalige toelage van 1.5 EURO per leerling.
Het stadsbestuur ondersteunt de scholen bij het uitwerken van hun afvalpreventie-initiatieven, informeren en sensibiliseren, compostvaten gratis ter beschikking stellen, samenwerking met compostmeesters, plaatsing van drinkwaterfonteintjes, …
Artikel 3:
De school kan op ieder moment inschrijven voor een of meerdere pakketten.
De inschrijving gebeurt schriftelijk bij het stadsbestuur. Bij inschrijving wordt vermeld welke pakketten zullen worden uitgevoerd.
De uitbetaling van de subsidie voor pakket 1,2 of 3 gebeurt op het einde van het schooljaar en op basis van een gunstig verslag, opgesteld na een plaatsbezoek door de bevoegde stedelijke diensten, in april of mei.
Artikel 4:
Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van dit reglement.
laatste wijziging: 11/08/10