MODELVERORDENING PARTICULIERE AFVALWATERLOZINGEN

Opmerkingen van de Vereniging Vlaamse Steden en Gemeenten

(niet exhaustief, na beperkte studie van het ontwerp) - 11.05.1998

Algemene opmerkingen

Het is erg positief dat de VMM het initiatief neemt voor een modelverordening over deze materie.

Het opnemen van gewestelijke reglementaire bepalingen (Vlarem II) samen met eigen gemeentelijjke clausules heeft nadelen, maar we stemmen ermee in dat in de hier voorliggende materie er voldoende goede redenen zijn om een en ander samen te brengen.

Het lijkt ons nuttig dat ook de gemeente in haar eigen reglement (grafisch) het onderscheid duidelijk zou maken tussen de wettelijke (Vlarem-)bepalingen en de eigen gemeentelijke clausules. Dat maakt het duidelijker en bruikbaarder voor alle betrokkenen, onder meer de "handhavers" (verschillende strafmaat, …). De begeleidende brief aan de gemeenten zou dit best aanbevelen.

Het ware nuttig in het model in de marge toe te voegen de betrokken artikelnummers van het Vlarem II. Dat maakt het de gemeenten gemakkelijker bij eventuele latere wijzigingen van Vlarem II terug te vinden of en waar ze er in hun reglement mee moeten rekening houden. De VMM zou bij zo'n aanpassingen de gemeenten in kennis kunnen stellen met aanduiding van wat er moet veranderd worden en hoe.

Horen sommige bepalingen niet veeleer thuis in een bouwverordening, bijv. daar waar verwezen wordt naar de bouwvergunning?

Vroeger was een bouwverordening een te vermijden keuze omdat de gewestelijke overheid vaak jaren (!) liet wachten op de vereiste goedkeuring. De huidige minister heeft evenwel wel werk gemaakt van de goedkeuringen en wij hebben de indruk dat de wachttijd drastisch ingekort is.

Algemene opmerking m.b.t. afbakening van de zuiveringszones. Er worden door gemeentebesturen ook riolen aangelegd welke omwille van administratieve of budgettaire reden niet opgenomen worden in het riol-subsidiëringsprogramma (bv. niet tijdig opsturen van goedgekeurd voorontwerp). Deze riolering wordt dan volledig op kosten van de gemeente aangelegd maar behoort niet tot de zuiveringszone B . Dit heeft zo zijn gevolgen. Houdt de verordening hiermee afdoende rekening?

De gemeente Bierbeek heeft een heel eigen systeem uitgewerkt, waarbij de gemeente zorgt voor aanleg van individuele zuiveringen bij de particulier en van die installatie eigenaar is en blijft. We hebben niet kunnen nagaan in welke mate het modelreglement ruimte geeft voor dit soort werkwijzen. We vinden alleszins dat die ruimte er zeker moet zijn.

Aanhef, titulatuur, toelichting

De schrijfstijl van de aanhef en van het hele reglement ademt een zeer ambtelijke stijl. Wordt het geen tijd dat ook gemeenten (en het gewest in voorstellen van modelreglement) hierin wat progressiever worden, d.w.z. beter leesbaar. Vervang bijv. al de "gelet op" en "overwegende dat" door één inleidende zin, met daarna gewone volzinnen. We gaan hier niet allerlei andere suggesties voor dit soort taalkundige aanpassingen doen, maar wijzen er wel op dat dat o.i. nodig of op zijn minst nuttig is. De materie is op zich immers al moeilijk genoeg voor niet-specialisten (en specialisten?).

Vanuit dezelfde bekommernis stellen we voor tussen de artikels titels te zetten. Zo moet de lezer niet zelf de onderliggende structuur en logica uitpuren maar ziet ze meteen verwoord.

We doen enkele snel uitgevonden suggesties. We houden daarbij nog géén rekening met onze verdere voorstellen voor verplaatsing van artikels/paragrafen.

Het is beter geen toelichting op te nemen. Een toelichting is immers helemaal niet gebruikelijk bij gemeentelijke reglementen en dreigt spoedig verloren te geraken. Het voorstel van toelichting voegt ook vaak niets of weinig toe aan de eigenlijke tekst van het reglement. Beter is het dan om iets wat echt belangrijk is in het reglement zelf op te nemen.

Een duidelijke, begeleidende brief bij de verzending van het model is wel nuttig.

Herstructurering artikels

Artikel 2 met de definities komt beter vooraan als art. 1.

Artikel 4 § 1 hoort bij art. 3.

Artikel 1

Wat voegt "met gevaarlijke afvalstoffen" (in art. 1 al 1 en al 2) toe aan "huishoudelijk afvalwater" of aan "sanitair afvalwater" (in art. 1, al. 2, 6°)? De toevoeging lijkt ons alleszins wat verwarrend voor burger en bestuurder.

Art. 1, 2de alinea 3°: hier moet staan "technisch onmogelijk" i.p.v. technisch mogelijk.
Hoe moet die technische (on)mogelijkheid beoordeeld worden (criteria)?

Artikel 2

De tekst spreekt herhaaldelijk van de "code van goede praktijk". Die term moet daarom ver-klaard worden in de lijst van definities.

Misschien is ook een definitie van "septische put" welkom.

Artikel 3

Er moet inderdaad aangesloten worden op de riolering. Maar wat met mensen die desondanks een KWZI willen installeren? (Zelfde opmerking bij art. 4)

"en moet voldoen aan de bepalingen van artikel 3": wordt hier misschien bedoeld artikel 8-9-10?
"de bepalingen van artikel" kan overal beter vervangen worden door "artikel"

Artikel 4

Art. 4 § 1, laatste zin: welke documenten met welke inhoud zijn afdoende voor zo'n bewijs?

Art. 4 § 2 lid 2: is dit wel een bevoegdheid van het college ? Het is toch aan de gemeenteraad om de investeringbeslissingen te nemen?

Art.4, §3 : Bij ons weten maakt Vlarem II niet de koppeling met de gemeentelijke bouwverordening. Het doet bij ons de vraag rijzen in welke mate alle andere niet cursief gedrukte passa-ges werkelijk Vlarem II-bepalingen zijn - iets wat we niet nader hebben kunnen onderzoeken.

Artikel 5

Art. 5, 4° Deze individuele voorbehandeling dient te bestaan uit een voorbehandeling en een bijkomende biologische zuivering. Het gaat hier dus om méér dan een loutere individuele voorbehandelingsinstallatie en dus dient dit dus anders te worden geformuleerd.

Art. 5, 3°: voor nieuwe woningen een biologische zuivering: is dat dus ook vereist in zone B (waar toch binnen 5 jaar aansluitiing komt op riool en zuiveringsinstalllatie)?

Wellicht moet de subsidiëringsbepaling meer uitgewerkt worden. Het huidige art. 5, 4° lijkt een wat smalle basis.

Artikel 6

Art. 6 § 2, 4°-5°-6°: Al deze administratieve verplichtingen zijn drempelverhogend en tijdrovend voor de mensen en de gemeente. Bovendien hoeft de ruimer toch niet aan de gemeente kopie van zijn overeenkomst te geven als VMM en Aquafin dat al controleren (zie 5°) en daar de lijst verkrijgbaar is.

Het is wel nuttig dat de bewoner bij de gemeentelijke dienst of bij de VMM de lijst van ruimers (met een overeenkost met een RWZI) kan opvragen.

Jaarlijkse aflevering van een ruimingsattest aan de milieudienst is onwenselijk. In Vlarem zou veeleer bepaald moeten worden dat de ruimdienst aan de bewoner een attest moet overhandigen van verwerking van het septisch materiaal.
Overigens, wat moet een eventueel attest minimaal bevatten?

Artikel 7

Art.7 §3: Er kan hoogstens staan: geen directe verbinding. Immers, als er geen regenwater is moet dit leidingnet toch gevoed kunnen worden.

Art. 7 §6: Het lijkt ons af te raden om het gebruik als drinkwater expliciet als een mogelijkheid op te nemen. Sommige burgers zullen hier zorgzaam mee omgaan, andere zullen mogelijks hun toestel onvoldoende onderhouden met alle risico's vandien voor hun gezondheid. Overi-gens is het de vraag of het op macro-schaal wel kostenefficiënt is om drinkwaterkwaliteit te creëren op het niveau van de individuele huishoudens. In ieder geval is het niet wenselijk dat een gemeentelijke verordening de methodiek en de hygiënische normen bepaalt voor het ge-bruik van regenwater als drinkwater. En dat laatste geldt ook voor andere toepassingen. Der-gelijke beschrijvingen komen beter in een (handleiding bij een) code van goede praktijk hierover.

Artikel 8

De praktijk in sommige gemeenten is helemaal anders: particulieren mogen zelf aansluiten, de technische dienst controleert of het goed is gebeurd. Maar ook de VVSG vindt het voorstel van art. 8 § 1 een betere werkwijze.

Artikel 11

"Voor zover hiervoor daar andere wetten …": a.u.b. preciseren (bijv. met een bijzin "in het bijzonder ….") van welke wetten of decreten op dit ogenblik de straffen al van toepassing zijn op de wat in dit modelreglement staat.

Artikel 12

Herformulering artikel 12: "Dit reglement treedt in werking op ..." Meer hoeft dat niet te zijn.

 

meer info: Alex Verhoeven - Stafmedewerker Leefmilieu VVSG (tel.02/233.20.65)

 

update: 14/08/16