Selectieve inzameling van huishoudelijk afval

Evaluatie

Oktober 1998

E. Mertens - Milieuambtenaar gemeente Mortsel


1. Inleiding.

2. Evaluatie van de ingezamelde hoeveelheden.

3. Evaluatie op basis van de sorteeranalyse.

4. Evaluatie op basis van tellingen.

5. Evaluatie op basis van een enquête bij bezoekers aan het recyclagepark.

6. Klachten.

7. Recyclagepark.

8. Afval voorkomen.

9. Financieel.

10. Conclusie.


 

1. Inleiding.

De gemeenteraad keurde in zitting van 11 maart 1997 het milieuconvenant 1997-1999 goed tussen het Vlaamse gewest en de gemeente Mortsel. Hierbij werd o.m. optie 4, preventie en selectieve inzameling van huishoudelijke afvalstoffen, goedgekeurd. Hierin verbindt de gemeente er zich toe om binnen de 3 maanden na de goedkeuring van het convenant, het in het convenant voorziene ophaalsysteem uit te werken.
Verder keurde de Vlaamse regering op 1 juli 1997 het uitvoeringsplan huishoudelijk afvalstoffen 1997-2001 goed. Dit uitvoeringsplan is bindend voor de gemeenten en bevat ook bepalingen op welke manier de selectieve inzameling moet worden georganiseerd. Deze bepalingen zijn grotendeels overlappend met de optie 4 van het milieuconvenant 1997-99.

Hierbij het overzicht van het systeem voor selectieve inzameling zoals voorzien in het milieuconvenant 1997-99 en het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen 1997-2001. Daaronder vindt U de keuze van het gemeentebestuur (in cursief, geheel operationeel sinds 1 april 1998).

GFT+:

dient minimaal 1 maal per veertien dagen huis-aan-huis opgehaald in de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde recipiënten en via een container voor tuinafval op het recyclagepark. GFT+ mag volgens het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen ingezameld worden d.m.v. een composteerbare zak of container.

PMD:

dient minimaal 1 maal per veertien dagen huis-aan-huis opgehaald in de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde recipiënten en wordt via het recyclagepark ingezameld of wordt enkel via het recyclagepark ingezameld.

Glas:

dient ingezameld via een glascontainer per 1.000 inwoners verdeeld over heel de gemeente of wordt minimaal 1 maal per maand huis-aan-huis opgehaald en wordt via het recyclagepark ingezameld.

Papier en karton:

dient minimaal 1 maal per maand huis-aan-huis opgehaald en wordt via het recyclagepark ingezameld.

KGA:

dient via het recyclagepark ingezameld of minstens 4 maal per jaar via een huis-aan-huis ophaalsysteem opgehaald en inzameling via het recyclagepark.

Textiel:

dient minimaal via het recyclagepark ingezameld.

Oude metalen, steenpuin, hout:

dienen elk in een afzonderlijke container ingezameld op het recyclagepark.

Herbruikbaar afval:

dient minimaal via het recyclagepark ingezameld.

Grof huisvuil:

dient minimaal tweemaal per jaar huis-aan-huis opgehaald en wordt via het recyclagepark ingezameld.

Gewoon huisvuil:

dient minimaal 1 maal per veertien dagen huis-aan-huis opgehaald in de daartoe door de gemeente ter beschikking gestelde recipiënten

De gemeente Mortsel koos voor een wekelijkse huis-aan-huis ophaling in bruine zakken (10 of 15 fr/stuk)

Doelstelling:

In het milieuconvenant 97-99 wordt voorzien dat, voor wat betreft de productie van gewoon huisvuil, grof huisvuil, marktvuil en gemeentevuil samen, volgende resultaten moeten bereikt worden:

In het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen 1997-2001 wordt gesteld dat in 2001, voor wat betreft de productie van gewoon huisvuil, grof huisvuil, marktvuil en gemeentevuil samen, hoe dan ook volgend resultaat moet worden bereikt:

Aan de hand van volgende gegevens werd de hierna volgende evaluatie opgesteld:

2. Evaluatie van de ingezamelde hoeveelheden.

In volgende grafiek vindt u een vergelijking tussen de ingezamelde hoeveelheden gedurende de maanden april, mei en juni 1997 en april, mei en juni 1998.

grafiek met vergelijking van de selectief ingezamelde hoeveelheden

In onderstaande tabel 1 en 2 wordt op basis van de cijfers april, mei en juni 1998 een extrapolatie gemaakt van de hoeveelheden afval die per fractie in 1998 op jaarbasis mogelijk worden ingezameld.
Deze cijfers worden vergeleken met de streefcijfers voor 2001 zoals vermeld in het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen 1997-2001.

Tabel 1: recycleerbare afvalstoffen
  Kringloop Textiel GFT Papier PMD Glas Metalen Steenpuin Groen KGA
1998* 0.9 2.8 42 68.6 11.7 30 8.7 45.7 49.4 3
2001^ 3 2 62 61 6 20 12 47 30-80 2

(cijfers in kg/inwoner)
*: extrapolatie op basis van de gegevens april, mei en juni 1998
^: zoals voorzien in het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen 1997-2001

De normen voorzien in het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen 1997-2001 zijn gebaseerd op de afvalproductie en de praktisch haalbare recuperatiegraad (per afvalfractie) voor de gemiddelde Vlaming. Afhankelijk van de levenswijze zullen de individuele inwoners resultaten halen die sterk kunnen afwijken van deze norm.

Op dit moment wordt reeds voldaan aan de voorwaarden van het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen behalve voor GFT, herbruikbaar afval (kringloopwinkel), en in mindere mate voor steenpuin en oude metalen.

De hoeveelheid steenpuin die op het recyclagepark wordt aangevoerd verschilt sterk van jaar tot jaar. Het een jaar worden de richtwaarden gehaald het andere jaar niet. Het is bovendien altijd de bedoeling van het bestuur geweest om zo weinig mogelijk steenpuin in te zamelen en ervoor te zorgen dat inwoners die verbouwen zelf een container huren om hun bouw- en sloopafval kwijt te raken.
Oude metalen worden in Mortsel ook opgehaald via andere kanalen (M.Storms, woonwagenterrein). Deze cijfers zijn niet in onze statistieken opgenomen en verklaren de lagere inzamelingsgraad voor oude metalen. Voor herbruikbaar afval zullen een doorgedreven sensibilisatie en een optimalisatie van de inzameling via het recyclagepark voor betere resultaten moeten zorgen. Het gaat hier ook over een relatief nieuw initiatief dat misschien nog onvoldoende bekendheid geniet.

Ook voor de GFT+ inzameling zijn de resultaten lager dan voorzien. Hiervoor kunnen volgende redenen worden aangehaald:

Uit de praktijk blijkt dat de hoeveelheid opgehaald GFT+ in grote mate afhankelijk is van de inhoud van de recipiënten waarin GFT+ moet worden aangeboden.
OVAM (bron: activiteitenverslag VLACO 1996) stelt dat in Vlaanderen bij inzameling via composteerbare zakken met inhoud van 30 tot 60 liter (in Mortsel ong. 30 liter) er gemiddeld tussen de 15 en de 45 kg GFT+ per inwoner en per jaar wordt opgehaald. De 42 kg/inw/jaar te Mortsel zijn in dit licht wel degelijk een goed resultaat.

Indien er met een container van 120 liter wordt ingezameld, wordt er volgens OVAM gemiddeld 110 kg/inw/jaar opgehaald. Dit verschil is vooral te verklaren door de grotere hoeveelheid tuinafval (tot 80% van het GFT+) bij het gebruik van een container worden ingezameld.
In de stad Antwerpen, waar de inwoners kunnen kiezen tussen een zak of een bak voor GFT+ afval, blijkt dat vooral huishoudens met een tuin kiezen voor een bak. Het GFT+ in deze bakken bestaat voornamelijk uit tuinafval en het is net tuinafval dat, ook volgens OVAM, zovel mogelijk uit de GFT+ ophaling moet worden geweerd, omdat tuinafval best afzonderlijk van de rest van het GFT+ wordt gecomposteerd. De afzonderlijke compostering van groenafval verloopt immers veel sneller, is bijna driemaal goedkoper (1300 fr/ton i.p.v. 3700 fr/ton), en veroorzaakt veel minder geurhinder dan het composteren van GFT+.
Bovendien is ook het compost, afkomstig van het composteren van groenafval, van een betere kwaliteit.
Verder mag tuinafval, in tegenstelling tot GFT+, ook op het recyclagepark worden ingezameld en organiseert het gemeentebestuur hiervoor een aparte ophaling (na afspraak en tegen betaling).
Tot slot is tuinafval perfect composteerbaar in een compostvat. Er werden inmiddels ruim 1.500 compostvaten verkocht waarvan 443 tussen 1 april en 31 augustus 1998 wat bewijst dat thuiscomposteren en de huidige selectieve inzameling van GFT+ elkaar eerder aanvullen dan uitsluiten. Het gemeentebestuur heeft er alle belang bij dit zo te houden daar het thuiscomposteren zonder twijfel de goedkoopste verwerkingswijze voor GFT+ is.

De container is ook niet geschikt voor huishoudens die in een appartement wonen (voor Mortsel iets meer dan 50% van de huishoudens - bron NIS 1991). Voor deze huishoudens worden de voornaamste bronnen van problemen (resp. plaatsgebrek en geurhinder) niet opgelost bij het gebruik van een container.
De producenten van composteerbare zakken stellen nieuwe composteerbare GFT+ zakken, die minstens twee weken scheurvrij blijven, in het vooruitzicht.
Verder zou de invoering van en tweede (groter) type GFT+ zak vooral leiden tot de inzameling van meer tuinafval.

Tot slot blijkt uit onderstaande grafiek dat de productie van gewoon huisvuil of restafval sinds de invoering van de GFT+ ophaling (1 april 1998) sterk verminderd is van gemiddeld 459.5 ton per maand (gem. tussen 1/1/97 en 31/3/98) tot 276.7 ton per maand (gem. tussen 1/4/98 en 31/9/98).

grafiek restafvalproductie te Mortsel

Tabel 2: niet recycleren van afvalstoffen
  Huisvuil Marktafval Grof Vuil Gemeentevuil
1997 224.4 19 37 13
1998 * 131.4 22 52.5 13
2001 # 176   40 24
(cijfers in kg/inwoner)
*: extrapolatie op basis van de gegevens april, mei en juni 1998
#: zoals voorzien in het OVAM-uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen

'Gemeentevuil' is het afval dat door de eigen diensten wordt geproduceerd.
De productie van marktafval stijgt sterk daar er op andere markten de verplichting is ingevoerd waarbij de marktkramers alle afval zelf mee moeten terug nemen. Veel marktkramers nemen dat afval dan mee naar een markt in een naburige gemeente (waar nog wel afval mag worden achtergelaten) en laten het daar achter. Ook in Mortsel wordt de invoering van de terugnameplicht in de nabije toekomst gepland.
De hoeveelheid gemeentevuil die gestort of verbrand moet worden is door een betere sortering reeds verminderd.
De hoeveelheid grof vuil die werd ingezameld is zowel huis-aan-huis als op het recyclagepark sterk gestegen. Vermoedelijk is er een deel van het gewoon huisvuil bij de grof huisvuilophaling terechtgekomen (ontwijkingsgedrag door sommige inwoners). Er zal zowel bij de huis-aan-huis ophaling als op het recyclagepark strenger moeten op toegezien worden dat er enkel grof vuil en geen huisvuil wordt ingezameld.

3. Evaluatie op basis van de sorteeranalyse.

Op maandag en dinsdag 7 en 8 september 1998 werd door SOVABO een sorteeranalyse van de bruine huisvuilzak uitgevoerd. Hierbij werden door de gemeentelijke diensten 243 huisvuilzakken (of 1.312kg afval) opgehaald, gespreid over heel Mortsel (een tot vier stuks per straat), waarbij ongeveer de helft van de zakken bij appartementen werd opgehaald en de helft bij eengezinshuizen.

Na sortering werden volgende resultaten bekomen (gemiddelde van appartementen en eengezinshuizen), zij worden eveneens vergeleken met een sorteeranalyse te Dilbeek (uitgevoerd in 1996, na de opstart van het preventieproject) en het gemiddeld voor Vlaanderen (cijfers voor 1995-96 - geen recentere gegevens beschikbaar). Het restafval is afval dat niet kan gerecycleerd worden en is in principe ook het enige afvaltype dat zich in de bruine huisvuilzak (= restafvalzak) mag bevinden.

Tabel 3: samenstelling bruine restafvalzak
  GFT+ Groen Papier Glas PMD KGA Textiel Restafval
Mortsel gew. % 36.6% 6.1% 12.5% 1.5% 2.8% 0.7% 3.7% 36.1%
  kg/inw/jaar 47.6 7.9 16.2 2.0 3.7 0.9 4.9 46.9
 
Dilbeek gew. % 56.6% 4.7% 5.3% 1.8% 9.1% 0.8% 1.7% 20.0%
  kg/inw/jaar 63.8 5.3 6.0 2.0 10.3 0.9 1.9 22.6
 
Vlaanderen kg/inw/jaar 128.3 23.1 31.6 8.0 13.7 2.2 5.5 42.6

Aan de hand van de gegevens in tabel 1 en 3 kan per fractie berekend worden hoeveel procent er selectief wordt ingezameld en hoeveel procent er in de huisvuilzak achterblijft. Dit geeft volgende resultaten:

Tabel 4: efficiëntie van de inzamelingen
Fractie % in bruine zak % selectieve inzameling
GFT+ 53.1 46.9
Groen 13.8 86.2
Papier 19.1 80.9
Glas 6.3 93.7
PMD 24.0 76.0
Textiel 63.7 36.3
KGA 23.3 76.7

 

De efficiëntie van de selectieve inzamelingen is, met uitzondering van de selectieve inzameling van GFT+ en textiel, zeker niet slecht. Bovendien blijkt uit de resultaten van de sorteeranalyse dat er desondanks minder GFT+ in de huisvuilzak overblijft dan in Dilbeek of de rest van Vlaanderen.

Volgens het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen dient er echter in 2001 reeds 62 kg GFT per inwoner per jaar te worden ingezameld. Dat is 20 kg meer dan de resultaten van vandaag en uit tabel 3 blijkt dat deze 20 kg zeker uit de huisvuilzak kunnen worden gehaald. Bijkomende sensibilisatie en een aanpassing van de prijsstructuur van de huisvuilzakken zijn noodzakelijk om deze doelstelling te halen.
In Rumst, bij voorbeeld, werd op 1 juli dit jaar overgegaan op een tweewekelijkse ophaling van gewoon huisvuil in combinatie met een wekelijkse ophaling van GFT+ in composteerbare zakken. De prijs van de huisvuilzak voor gewoon huisvuil werd tegelijkertijd sterk verhoogd (tot 40 fr I zak). Uit telefonisch contact met de milieudienst te Rumst blijken de eerste resultaten zeer goed te zijn. Er wordt, omgerekend op jaarbasis, gemiddeld 70 kg gewoon huisvuil per inwoner per jaar ingezameld en ongeveer evenveel GFT+.
Ook de resultaten van de andere selectieve inzamelingen verbeterden sterk.

Voor textiel wordt wel aan de doelstelling van het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen voor 2001 voldaan. Dit ondanks het feit dat het inzamelrendement zeer laag is. Textiel wordt door verschillende verenigingen huis-aan-huis opgehaaId. De hoeveelheden textiel die op deze wijze worden ingezameld zijn ons niet bekend en zorgen mee voor de schijnbaar slechte resultaten voor textiel.

Vloeibaar KGA (frituur- en afvalolie, solventen en verf) vinden we niet terug in de huisvuilzak. Zij worden door sommige inwoners via de riolering afgevoerd zodat het werkelijk ophaalrendement voor KGA allicht iets lager is dan hier voorgesteld.

Uit de resultaten van de sorteeranalyse blijkt dat de bewoners van appartementen merkelijk minder sorteren dan de bewoners van eengezinswoningen.
Vooral voor GFT+ (41% in de huisvuilzak t.o.v. 33.3%), en in mindere mate (grote procentuele verschillen, kleine verschillen in absolute hoeveelheden) voor glas (2.55% t.o.vv 0.79%) en KGA (1.03% t.o.v. 0.47%) zijn de verschillen opmerkelijk.
Voor PMD (2.84% t.o.v. 2.8%) en recycleerbaar papier en karton (13.66% t.o.v. 11.59%) zijn de verschillen minder opvallend. In appartementen wordt dus vooral gekozen om de zogenaamde droge fractie (glas, papier en PMD) in te zamelen of wordt er wegens plaatsgebrek helemaal niet gesorteerd.
GFT+ wordt op appartementen weinig ingezameld, vermoedelijk wegens de vermeende geurhinder en plaatsgebrek. Bovendien is het de laatst ingevoerde, bijkomende, selectieve inzameling.

4. Evaluatie op basis van tellingen.

Uit tellingen op verschillende tijdstippen en in verschillende straten te Mortsel blijkt dat de GFT+ zak slechts op 25 tot 33% van de adressen effectief wordt aangeboden voor ophaling. Voor PMD en pa pier en karton ligt dit percentage iets hoger (35 tot 40%). Hierbij dient wel rekening gehouden te worden met het feit dat PMD en papier en karton ook op het recyclagepark kunnen worden afgegeven. Dit gebeurt vrij veel want 25% van het PMD en papier en karton dat te Mortsel selectief wordt ingezameld, wordt naar het recyclagepark gebracht. De restafvalzak wordt op gemiddeld 65% van de adressen wekelijks voor de ophaling aangeboden.

Zoals uit vorige bevindingen is gebleken dienen er op het vlak van de GFT+ inzameling nog verbeteringen te gebeuren. Er dient wel rekening mee gehouden te worden dat we hier de opstartfase (eerste 3 maanden) van de GFT+ ophaling evalueren en vergelijken met selectieve ophalingen die reeds langer bekend zijn.

5. Evaluatie op basis van een enquête bij bezoekers aan het recyclagepark.

Op drie verschillende werkdagen werden in totaal 69 bezoekers van het recyclagepark bevraagd in hoeverre zij deelnemen aan de huis-aan-huis ophaling van GFT+, PMD en pa pier en karton.

GFT+:
49.3% van de bezoekers stelt dat zij deelnemen aan de huis-aan-huis ophaling van GFT+.
De bezoekers die niet deelnemen aan de selectieve inzameling van GFT+ geven hiervoor volgende redenen op: thuiscomposteren en de slechte kwaliteit van de zakken en in mindere mate geen plaats (19%), te weinig GFT+ afval, te duur.

PMD:
53.6% van de bezoekers stelt dat zij deelnemen aan de huis-aan-huis ophaling van PMD.
De bezoekers die niet deelnemen aan de selectieve inzameling van PMD geven hiervoor volgende redenen op: afvoer naar het recyclagepark (te verwachten als er op het recyclagepark bevraagd wordt) en geen plaats (30%).

Papier en karton:
53.6% van de bezoekers stelt dat zij deelnemen aan de huis-aan-huis ophaling van papier en karton. De bezoekers die niet deelnemen aan de selectieve inzameling van papier en karton geven hiervoor volgende redenen op: afvoer naar het recyclagepark (te verwachten als er op het recyclagepark bevraagd wordt), afvoer via andere inzamelkanalen (o.m. sport voorgehandicapten - Bremveldlaan) en geen plaats (10%).

6. Klachten.

Het aantal klachten dat bij onze diensten ontvangen wordt over de huisvuilophaling blijft vrij beperkt (een 15 tal per maand) De klachten hebben vooral betrekking op afval dat niet of niet tijdig werd opgehaald. Deze klachten worden meestal dezelfde of de volgende dag opgelost. Een groot deel van de klachten zijn niet door de ophaler maar door de aanbieder van het afval veroorzaakt (het afval te laat of op de verkeerde dag aangeboden, het afval niet in het zicht geplaatst,...). Het komt immers zeer zelden (2 tot 3 keer per 6 maanden) dat er door de ophaler een hele of een deel van een straat wordt overgeslagen.

Over de GFT+ zakken komen nu (augustus '98) geen klachten meer binnen. In het verleden waren er klachten over het formaat (te klein voor tuinafval) en het feit dat zij te vlug composteren (lekken en scheuren) en stinken.

De GFT+ zakken die vandaag worden aangeboden zijn voor een groot deel gevuld met keukenafval, zijn zelden (2 a' 5%) gescheurd en verspreiden weinig of geen geurhinder. Over de andere ophalingen (zijn er zelden of nooit specifieke klachten.

Ondanks het feit dat de afvalkalender moeilijk nog duidelijker kan zijn, plaatsen heel wat inwoners hun afval nog steeds op de verkeerde dag of de avond ervoor buiten. Hopelijk brengt de nieuwe afvalkalender voor 1999 hier verbetering in. Het feit dat er in dergelijk geval ook een belasting van 8.000 fr kan geheven worden, zal allicht tot betere resultaten leiden.

Ook de kwaliteit van het ingezamelde PMD kan beter (een gemiddelde vervuilingsgraad van 20 a' 25% voor de IGEAN regio). De 'vervuiling' omvat hoofdzakelijk plasticverpakkingen, andere dan PET-, PE- of PVC-flessen. Fost Plus heeft hierover in september 198 een nieuwe brochure aan alle inwoners van Mortsel bedeeld. Voor de kwaliteit van papier en GFT+ stellen zich weinig problemen.

7. Recyclagepark.

Ongeveer de helft van alle selectief ingezameld afval en 80% van het grof huisvuil wordt via het recyclagepark ingezameld. Dit is vooral te verklaren omdat steenpuin, oude metalen, groenafval en KGA allemaal op het recyclagepark terecht komen en deze fracties (op KGA na) een groot gewicht vertegenwoordigen.

Voor PMD, papier, glas en textiel wordt 20 tot 25% van het selectief opgehaalde afval via het recyclagepark ingezameld. GFT+ wordt niet op het recyclagepark ingezameld.
Het bezoekersaantal is inmiddels opgelopen tot gemiddeld 7.000 bezoekers per maand (t.o.v. gem. 6.000 bezoekers per maand in 1997).

Een uitbreiding van de oppervlakte (nodig om hout, wit- en bruingoed en kringloopafval op een degelijke wijze op te slaan en de verkeerscirculatie te verbeteren) wordt in de nabije toekomst gepland.

Het aantal sluitingsdagen op zaterdag is vanaf 1999 tot het minimum beperkt.

8. Afval voorkomen.

Uit tabel 1 en 2 kan afgeleid worden dat de totale afvalproductie (recycleerbaar en niet recycleerbaar samen) in 1998 vermoedelijk 468.7 kg/inw. zal bedragen. Hierbij dient, om een vergelijking met de OVAM-statistieken te kunnen maken, de hoeveelheid gemeentevuil (afval voortgebracht door de eigen diensten) te worden bijgeteld. Deze bedraagt vermoedelijk 13 kg/inw.jaar zodat de totale afvalproductie dus 481.7 kg/inw.jaar bedraagt. In 1997 werd er in Mortsel 475.6 kg huishoudelijk afval geproduceerd. De laatste 3 jaar ('95-'97) gemiddeld 479.7 kg/inw.jaar.
Volgens OVAM zorgt de opstart van de selectieve inzameling van GFT+ overal voor een stijging van de ingezamelde hoeveelheid afval daar een deel van de inwoners hun keuken- tuinafval aanbieden voor de GFT inzameling i.p.v. het zelf te composteren. In vergelijking met andere gemeenten blijft deze stijging te Mortsel zeer beperkt (een stijging van 1.26% tov.'97). De totale afvalproductie zal bijna gelijk blijven aan het gemiddelde van de laatste 3 jaar.

In Vlaanderen werd gemiddeld 530 kg/inw.jaar ingezameld in 1997 (t.o.v.490 kg/inw.jaar in 1995 en 1996). De bestaande sensibilisatie-initiatieven (thuiscomposteren, sticker reclamedrukwerk, kringloopwinkel, aangepaste tarieven voor de huisvuilzak, afvalkrant rond afval voorkomen die zal verschijnen in november 98) dienen verder te worden gezet en uitgebreid tot o.m. sensibilisering via handelaars, scholen en verenigingen.

De bestaande initiatieven hebben er tot nu toe voor gezorgd dat de afvalproductie te Mortsel 10% lager blijft dan het gemiddelde voor Vlaanderen.

Uit ervaringen in andere gemeenten is echter gebleken dat vooral een voldoende dure huisvuilzak bijdraagt tot effectieve afvalpreventie en -recyclage.
Het probleem van het sluikstorten moet wel onder controle gehouden worden.
In het uitvoeringsplan huishoudelijke afvalstoffen wordt een richtprijs van minstens 30 fr per huisvuilzak voorgesteld, in Antwerpen is deze prijs reeds van toepassing, in Edegem zal vanaf 1999 een prijs van 25 fr per huisvuilzak gerekend worden en het valt te verwachten dat ook te Boechout, Borsbeek en Hove als gevolg van de sluiting van de IHK-verbrandingsoven (en de daaraan verbonden meerkosten) de huidige prijzen (12fr voor een huisvuilzak) zullen worden opgetrokken.
Indien de ISVAG-oven terug open zou gaan zullen ook de kosten voor Mortsel toenemen daar de nieuwe investeringen versneld moeten worden afgeschreven.
Het is dan ook meer dan aangewezen om de prijs voor de Mortselse huisvuilzak verder te verhogen tot 25 à 30 fr per stuk. Dit om afvalpreventie en -recyclage aan te moedigen, de stijgende ophaal- en verwerkingskosten op te vangen, afvaltoerisme vanuit naburige gemeenten te vermijden en handelszaken en KMO's aan te zetten om zelf oplossingen voor de verwerking en recyclage van hun afvalstoffen uit te werken.

9. Financieel.

De (selectieve) inzameling en verwerking van afvalstoffen kosten zowel de burger als het gemeentebestuur heel wat geld. Er wordt wel eens gedacht dat het sorteren en de gescheiden inzameling van afval meer geld kost dan het vroegere systeem waarbij alles in de gewone huisvuilzak terechtkwam.
Naar aanleiding van het opstellen van de nieuwe afvalkrant werd volgende berekening gemaakt:

Voor een gemiddeld huishouden van 3 personen, gedurende 1 jaar:
Niet sorteren:
1.350 kg gewoon huisvuil = 180 grote bruine huisvuilzakken, prijs: 2.700 fr/jaar
 
Wel sorteren:
475 kg gewoon huisvuil = 63 grote bruine huisvuilzakken, prijs: prijs: 945 fr/ jaar
35 kg PMD = 23 blauwe zakken, prijs: prijs: 276fr/jaar
150 kg GFT+ = 75 composteerbare zakken, prijs: prijs: 675fr/jaar
  _______________
  totaal: 1.896 fr/jaar
 
glas (90 kg), oud papier (200 kg) en recyclagepark (400 kg): gratis
 
Voorkomen en sorteren:
420 kg gewoon huisvuil = 56 grote bruine huisvuilzakken prijs: prijs: 840 fr/jaar
6 kg PMD = 4 blauwe zakken prijs: prijs: 48 fr/jaar
50 kg GFT+ = 25 composteerbare zakken prijs: prijs: 225 fr/jaar
  _______________
  totaal: 1.113 fr/jaar
 
glas (75 kg), oud papier (150 kg) en recyclagepark (300 kg): gratis

 

De samenwerking met Fost Plus waarbij de kosten voor ophaling en verwerking van glas en PMD volledig en voor papier en karton voor de helft worden betaald hebben voor een sterke daling van de kosten gezorgd. Ook de ophaling van GFT+ en de bijhorende vermindering van de hoeveelheid te verbranden gewoon huisvuil hebben een lichte vermindering van de kosten tot gevolg.
Deze kostprijsdalingen zijn in de praktijk vrijwel niet zichtbaar daar tegelijkertijd de kosten voor de verwerking van gewoon- en grof huisvuil (afvoer naar INDAVER Beveren ipv. ISVAG) maar ook andere afvalstromen zoals groenafval en herbruikbaar afval (sterk) gestegen zijn. Hierdoor slagen we er net in om de uitgaven op hetzelfde niveau te houden.
Het is dus duidelijk dat de organisatie van de selectieve inzameling van afval goedkoper uitvalt dan dit niet te doen.
De verwerkingsprijzen voor gewoon en grof huisvuil zijn vandaag immers duurder dan de verwerking van het selectief ingezamelde afval (met uitzondering van KGA).
De ophaalkosten zijn vergelijkbaar daar er in Mortsel per effectief opgehaalde kilogram betaald wordt zodat een vermindering van de opgehaalde hoeveelheden gewoon huisvuil rechtstreeks in de ophaalkosten wordt doorberekend. Tegelijkertijd (indien we aannemen dat dit gewoon huisvuil is gesorteerd in GFT+ en papier en karton) stijgen de ophaalkosten voor GFT+ of pa pier en karton in gelijke mate.
Enkel indien er verder afval voorkomen wordt kan ook in de toekomst een verdere stijging van de kosten vermeden worden.

10. Conclusie.

Op basis van voorgaande evaluatie kunnen volgende aanbevelingen worden gemaakt:

 

E.Mertens
milieuambtenaar

[terug]

laatste wijziging: 19/12/98