NAMENS HET NCMV
DE ORGANISATIE VOOR ZELFSTANDIGE ONDERNEMERS.
Er bestaat een door iedereen onderkende relatie tussen de
huidige mobiliteitsproblematiek en het gevoerde ruimtelijk
ordeningsbeleid. Door de versnippering en verspreiding van wonen,
werken, winkelen en recreatie, zijn eenvoudige remedies voor het
oplossen van de mobiliteitsproblematiek niet meer haalbaar en
betaalbaar. Voor het NCMV is het daarom een absolute voorwaarden
dat elke gemeente resoluut kiest voor een kernversterkend
beleid. Alleen een dergelijk beleid maakt het
mobiliteitsprobleem beheersbaar.
Een kernversterkend beleid krijg vorm in het stoppen van nieuwe
handelsvestigingen en dienstenactiviteiten langsheen de
invalswegen.
Daarom is het voor het NCMV essentieel dat de gemeente Mortsel uitspraken doet over het te voeren ruimtelijk ordeningsbeleid. Slechts in het kader van een dergelijk beleid kunnen ingrijpende maatregelen getoetst worden en leiden tot uitspraken. Dit dient te gebeuren door middel van een gemeentelijk structuurplan dat in overleg met alle betrokkenen dient opgesteld, om zo te komen tot een zo breed mogelijk gedragen visie op de ontwikkeling van de eigen gemeente. Het NCMV is er zich van bewust dat Mortsel omwille van haar stedelijk karakter voor een deel van het provinciaal structuurplan afhankelijk is voor de haar eigen ruimtelijk structuurplan, toch mag zij dit niet als een alibi gebruiken om haar eigen visie uit te bouwen over hoe Mortsel in de volgende jaren moet evolueren. Gezien de specifieke ligging van Mortsel, dient overleg met de aangrenzende gemeenten tot de aanbeveling.
In dit kader vraagt het NCMV vraagt zich af wat het statuut is van de beide rapporten opgesteld door het studiebureau Stramien in 1991 en wat de opdracht is van de huidige commissie. In het rapport wordt een analyse van de bestaande toestand gemaakt alsook oplossingen aangeboden.
Voor het NCMV is het essentieel dat eerst consensus wordt verkregen over de uitgangspunten die door een mobiliteitsplan van de gemeente dienen gerealiseerd te worden. In die zin vindt het NCMV de aanzet tot voorontwerp 'Visie van de Gemeente' een goed uitgangspunt. Slechts op door iedereen onderschreven doelstellingen van een mobiliteitsplan kunnen verantwoorden keuzen zoals het al dan niet doortrekken van de tram, het al dan niet leggen van een ring gemaakt worden.
Zonder het belang van aangename woonwijken te willen onderschatten en de gevolgen van onaangepast verkeer en rijgedrag voor het leefklimaat en de nood aan een ruimer kader voor het oplossen van de mobiliteitsproblematiek, wil het NCMV, de Organisatie voor Zelfstandige Ondernemers zich vooral beperken tot de problematiek van de Statielei en haar directe omgeving.
Voor het NCMV zijn volgende doelstellingen belangrijk :
Een zeer belangrijkste probleem waarmee heel de directe rand rond Antwerpen wordt geconfronteerd is het woonwerk-verkeer. Studies wijzen uit dat bijna 60 % van alle verkeer in en om de stad woorwerk-verkeer is. Dit zijn mensen, dikwijls alleen, met hun auto van hun woonplaats naar hun werkplaats rijden en daar gedurende het grootste deel van de stad hun auto laten staan. Een groeiend probleem is ook het woon-werk-schoolverkeer waarbij meer en meer ouders kiezen om hun kinderen met de wagen naar school te brengen en ze af te halen. Niet alleen in de directe schoolomgeving leidt dit tot gevaarlijke situatie, het draagt ook bij de verkeerscongestie in de belangrijkste invalswegen.
Ook Mortsel met haar zeer belangrijke invalswegen krijgen heel wat van dit verkeer te slikken. Het NCMV pleit er voor in de allereerste plaats een oplossing te bieden aan deze stroom van verkeer die tijdens de steeds verkeer uitlopende ochtend- en avondspits voor heel wat verkeersoverlast bezorgd. Het uitbouwen van een efficiënt openbaar vervoersnet is daarbij de meest aangewezen oplossingen. Snelheid, frequentie, parkeerfaciliteiten, kwaliteit van wachtplaatsen en het openbaar vervoer zelf zijn van niet te onderschatten belang.
Een belangrijk probleem waarmee de Statielei en haar directe omgeving mee te kampen heeft is de verschillende functies die deze straat heeft.
Vooreerst is het een belangrijke verkeersader voor het verkeer van en naar Antwerpen. Omwille van onvoldoende tot geen oplossingen voor het doorgaand verkeer - dat is verkeer die Mortsel niet als haar bestemming heeft - dient dit verkeer gebruik te maken van de Statielei.
Vervolgens is het een van de belangrijkste commerciële centra uit de regio.
Tot slot wordt in de onmiddellijke nabijheid wordt gewoond.
Deze functies zijn doorheen de jaren in conflict met elkaar gekomen.
Door het drukke verkeer en de barrière in het midden van de Statielei vermindert de kracht van de Statielei als winkelboulevard. Het commerciële niveau en de regionale uitstraling van deze winkelas vragen een kwalitatieve herinrichting van de volledig doortocht (tot en met het Statieplein). Een kwalitatieve inrichting van het openbaar domein moeten de herbergzaamheid en dus het winkelklimaat bevorderen.
Het zwaar doorgaand verkeer moet drastisch verminderd worden wil men het herbergzaamheid, en vooral de bereikbaarheid van deze winkelas verhogen. Het verminderen van het zwaar doorgaand verkeer zorgt voor een betere bereikbaarheid van zij die Mortsel in het algemeen en de Statielei en omgeving tot hun bestemming hebben. Hierover dient een intergemeentelijk overleg en een overleg met de bevoegde hogere overheden worden opgestart om te komen tot effectieve oplossingen.
In dit kader moet ook een parkeerbeleid worden uitgewerkt waarbij het kort- en langparkeren haar plaats krijgt. Een consequent doorvoeren van het kortparkeren op de Statielei heeft een capaciteitsverhoging tot gevolg. Langparkeerders worden opgevangen buiten het commerciële hart en de belendende straten. De maatregelen die men neemt om het kortparkeren te bevorderen in de winkelstraten zijn van ondergeschikt belang aan het uitvoeren controle.
Namens het NCMV
Jerry Crombez
Provinciaal Secretaris
(versie 02/12/98)
laatste wijziging: 14/12/98