Inleiding:
Dit advies werd opgemaakt op basis van de presentatie aan de adviesraden op 19.01.2011.
Opmerkingen op het bindend gedeelte van de voorschriften zijn niet mogelijk, omdat dit dossier niet ter beschikking is.
Advies milieuraad van 10 februari 2011:
Deel 1: Algemene Bemerkingen
In de presentatie werd de term “mess officieren” gebruikt voor het officierengebouw tegenover de technische dienst. Dit kan verwarring opleveren met de “mess officieren” in het reduit.
De milieuraad dringt aan om het “kastanjebosje” (tussen zwembad en politiekantoor) en de parking aan de Dosfellei (achter stadhuis) uit het RUP Stadsplein te lichten en op te nemen in het RUP fort 4. Deze zones vormen een landschappelijke eenheid met het fort, en vormen vanuit historisch en ruimtelijk oogpunt geen onderdeel van het stadsplein. Dit laat ook een herbestemming van de parking in functie van fort 4 toe. Deze vraag kan als realistisch en verantwoord worden omschreven, aangezien het voorliggende RUP fort 4 in artikel 11 (zone voor toegang) nu al een stuk parkgebied uit het RUP stadsplein opneemt (namelijk art. 8 uit het RUP stadsplein).
Het plan zou best aangevuld worden met pijlen die de corridors van de routes naar de foerageergebieden aanduiden (zoals kasteel Cantincrode-Gasthuishoeven- fort 3 of de oude spoorwegbermen).
De inplanting van een polyvalent paviljoen in het binnenfort wordt door de milieuraad in vraag gesteld. Een rendabele uitbating van een dergelijke infrastructuur zal immers resulteren in veel evenementen waardoor het parkgebied en de natuur onder druk komt te staan. Onderzocht zou moeten worden of dergelijke grootschalige infrastructuur elders ingeplant kan worden. Volgende suggesties werden gedaan:
- Het stadhuis herbestemmen zodat het plaats biedt aan zowel een polyvalente zaal als aan de stadsdiensten.
- Minder ruimtebeslag en een betere benutting van het gebouw of de ingenomen ruimte (stadsdiensten en festiviteiten vinden plaats op andere tijdstippen zodat onderlinge hinder beperkt zal zijn)
- Ecologisch: compact, mogelijkheid om energieverslindend stadhuis te vervangen door ecologische nieuwbouw
- Weinig potentieel gehinderden (geen NIMBY)
- Aansluiting op openbaar vervoer en de ondergrondse parking
- Centraal gelegen, aansluitend op stadsplein (openlucht evenementenlocatie)
- Plaatsen van bruggen in fort 4 zijn niet meer noodzakelijk, of in ieder geval minder urgent.
- Realisatie van het project in samenwerking met verschillende buurgemeenten op een andere, meer aangewezen plaats. Voordelen: betere kostenspreiding en (ruimte)benutting.
- Herlocatie van het zwembad en een polyvalente zaal op deze plaats. Voordelen: nuttige herbestemming van versleten zwembad en minder verstoring van binnenfort. Nadeel: Ook de locatie van het zwembad hoort bij het fort 4. Herstel van de oorspronkelijke toestand dient vanuit cultuurhistorisch en milieukundig oogpunt niet uitgesloten te worden.
- Parking achter stadhuis: Voordelen: centrale ligging dicht bij parking en openbaar vervoer, weinig potentieel gehinderden. Nadeel: Parking achter stadhuis hoort bij het fort 4 en wordt best niet bebouwd.
De milieuraad vraagt aandacht voor de waterkwaliteit van de fortgracht. Het RUP dient daarom aandacht te hebben voor infrastructuur die noodzakelijk is om het afstromend hemelwater naar de fortgracht te kunnen zuiveren (vb. rietveld). Vervuiling en eutrofiėring van de fortgracht dient beperkt te worden.
Opmerkingen op het bindend gedeelte van de voorschriften zijn niet mogelijk omdat dit dossier niet ter beschikking is.
Deel 2: Artikelsgewijze Bemerkingen
- Art. 1 Zone voor Binnenfort / verweving:
- De groene boszone rond het reduit zou behouden worden, maar het staat er niet echt in (m.a.w. het gebied in donkergroene kleuren)
- De toegelaten bouwhoogte van de polyvalente zaal met 8 meter hoogte op een oppervlakte van 2500 m² (te vergelijken met de huidige loods waar evenementen in doorgaan) aangevuld met minimum 300 fietsenstallingen (geschat ±150m stalling, ±900 m²) zal een grote impact op de zone hebben. Door het ingraven (en dus het beperken van de bouwhoogte indien deze optie toch behouden blijft) zou het paviljoen meer in harmonie zijn met de omgeving.
- De term gemeenschapsvoorzieningen laat wel erg veel mogelijkheden open. Gezien het historische karakter en de natuurwaarde is een beperkende lijst naar mogelijk gebruik en/of toegelaten verstoring te verkiezen.
- Art. 2 Zone voor natuurontwikkeling en vleermuishabitats:
- De door wandelaars en joggers veel gebruikte rondweg langs de binnenzijde van de vijver verdient een duidelijke vermelding op het plan.
- Art. 3 Parkzone met historisch karakter
- Net als in art. 1 zijn in deze zone min. 300 fietsstallingen voor het polyvalent paviljoen voorzien. Wat het totaal in dit gebied op min. 600 brengt. De fietsenstallingen kunnen beter gespreid worden over alle toegangen tot het gebied.
- Art. 4: vijver
- Zwemmen zeer beperkt toelaten, in een duidelijk afgesloten/afgelijnd stuk. Eenden en andere watervogels moeten ruimte behouden. Alleen in de zwemruimte kunnen er andere wateractiviteiten plaatsvinden, niet elders.
- Zwemwater dient dan ook steeds optimaal gehouden te worden, d.w.z. voldoende zuurstofrijk en niet gepollueerd. Het opnemen van eisen dienaangaande moet overwogen worden.
- Art. 5 Zone voor dagrecreatie
- De zone voor dagrecreatie wordt in het plan met 25% vergroot t.o.v. de zone die oorspronkelijk op het gewestplan stond. De milieuraad vraagt dat de toegelaten bebouwde en verharde oppervlakte in deze zone gelijk blijft met de huidige ruimte-inname.
- Art. 6 Zone voor woongebied:
- Het vastleggen van een vaste bouwhoogte (op 9 meter) beperkt de mogelijkheden voor het bouwen van duurzame woningen met 3 bouwlagen. Isolatie en ventilatie verhogen de benodigde hoogte voor een bouwlaag zodat de oude norm van 3 meter/bouwlaag moeilijk haalbaar is.
- Het is aangewezen om bij toevoegingen of wijzigingen aan bestaande gebouwen of bij nieuwbouw steeds de ruimere context van de werken te bekijken in plaats van een strakke norm op te leggen. Daarom is het beter om de bebouwing uit te voeren “in harmonie met de omgeving”. We citeren hier het nieuwe Antwerpse bouwreglement: “…Met “harmonie met de omgeving” wordt bedoeld het samengaan van het gebouw met zijn omgeving. In gebieden waar de bebouwing een sterke samenhang vertoont, zal het over het algemeen wenselijk zijn om de schaal en de geleding van de bestaande bebouwing te volgen. Hiermee wordt niet bedoeld dat alle uiterlijke kenmerken zomaar gekopieerd moeten worden. Het gebouw moet dus niet uniform of eenvormig zijn met zijn omgeving maar wel een bewuste relatie aangaan met zijn omgeving. In sommige gevallen is het denkbaar dat ook een contrast of een interpretatie kan zorgen voor het goed samengaan van het gebouw met de omgeving, zeker wanneer dit de kwaliteit van de omgeving ten goede komt. …”.
- De huidige bebouwing langs de Liersesteenweg is onderbroken en divers in hoogte. Op deze drukke baan is dit erg nuttig om stedelijke canyons met slechte luchtkwaliteit te vermijden. De voorschriften zouden ook met dit aspect rekening moeten houden.
- De bestaande parking tegenover de Vestinglaan is ingekleurd als woongebied. Hierdoor komt de veel gebruikte trage weg naar het zwembad in het gedrang die rechtstreeks aansluit met de geplande oversteekplaats van de trambaan tussen zwembad en Vestinglaan.
- Art. 7 Zone voor tuinen
- De max. verharding van 50% aanvullen met een maximaal te verharden oppervlakte in m² en een uitvoering in waterdoorlatende materialen.
- Tuinen opnemen als deel uitmakend /of nauw aansluitend aan het parkgebied. Zij dragen bij tot een belangrijke meerwaarde van het groengebied. Door hun inrichting met groene hagen en struiken hebben zij een rechtstreekse impact op het bosvogelbestand (als foerageer- en nestgelegenheid).
- Afsluitingen tussen parkzone en de aangrenzende tuinen dienen doordringbaar te zijn voor kleine zoogdieren, zoals bv egels.
- Art. 10 Reservatiezone voor openbaar domein (overdruk)
- Het “erfkarakter” voor de Fortstraat roept vragen op. Deze straat is nu een ontlasting voor kruispunt Antwerpsestraat / Krijgsbaan. Het aantal potentieel gehinderden die langs de alternatieve routes voor dit verkeer (Drabstraat, Antwerpsestraat en in mindere mate Lindenlei en Grotenhof) wonen is steevast groter dan in de Fortstraat.
- Dient er melding gemaakt te worden van een fietspad in de fortstraat?
- Art. 12 Zone voor langzaamverkeers-verbinding:
- Een in de praktijk vaak gebruikte fietsverbinding Groten Hof - station – weg achter het stadhuis – zwembad – Drabstraat / sporthal kan in dit plan geofficialiseerd worden.
- In het huidige plan worden 4 extra bruggen voorzien. De vraag wordt gesteld of dit nuttig en opportuun is. Meer bruggen betekenen immers meer kosten, meer gezichtsvervuiling, minder rust, meer afval in de fortgracht, en een grotere drukte. Het zal ook moeilijk zijn om de binnenkant van het fort af te sluiten of te beschermen. Vogels zullen minder verschuilingsmogelijkheden hebben (waardoor ze sneller gespot kunnen worden). Reigers en aalscholvers, evenals vleermuizen, hebben nood aan een grote afstand tussen mens en hen.
.......
laatste wijziging:06/12/11