Berghmans Hugo; De Schepper Guido; Heiler Walter; Lauwers Charles; Mertens Erik; Tobback Marc; Van Peer Ria
Erik Mertens heeft het milieujaarprogramma 2010 voorgesteld, wat eigenlijk een rapportering is van de werking van de milieudienst in 2009.
De milieuraad heeft kennis genomen van dit document en geeft unaniem gunstig advies
Enkele opmerkingen:
Erik Mertens heeft ook de milieubarometer 2009 voorgesteld, een rapportering is van de milieukerncijfers.
De milieuraad neemt zonder opmerkingen kennis van dit document.
De milieubarometer is eveneens raadpleegbaar op de website van de stad Mortsel.
'Duurzame' projecten, 'duurzame' stadsontwikkeling of 'duurzame' wijken, het zijn klinkende begrippen. Wie hier vanuit de praktijk invulling aan moet geven stoot echter vaak op een heel aantal vragen en dilemma’s.
Om de ‘duurzaamheid’ van projecten op een onafhankelijke wijze te toetsen, kan men gebruik maken van de zogenaamde “NGO-toets” waarbij een aantal non-profitorganisaties vanuit hun expertise de plannen bekijken en evalueren.
Liefst gebeurt deze duurzaamheidtoets zo vroeg mogelijk in het proces: zo kunnen de plannen nog eenvoudig bijgestuurd worden.
Deze duurzaamheidtoets laat ook toe op basis van objectieve criteria verschillende varianten van een plan met elkaar vergelijken en zo een juiste keuze te maken.
Verschillende organisaties bieden een dergelijke duurzaamheidtest al aan:
Volgend advies werd unaniem uitgebracht:
Sinds 1 januari 2008 kan elke burger met zijn gebonden asbesthoudend bouw- en sloopafval terecht op zijn gemeentelijk containerpark. De inzameling gebeurt gratis of tegen kostprijs, naargelang het type afval (bv. asbestcement), de hoeveelheid en de gemeente.
Problematischer is de inzameling van ongebonden asbest. Deze
toepassingen zoals asbestkoord, lage densiteit asbestcementen isolatieplaten,
asbesthoudende plaaster en leidingisolatie, worden niet erkend als KGA (Klein
Gevaarlijk Afval) en worden daarom in principe niet aanvaard op een
containerpark of verzamelpunt voor KGA.
In de praktijk komt dergelijk asbesthoudend materiaal, zeker wanneer het kleine
hoeveelheden betreft, vaak onverpakt op het containerpark terecht. Ook komt een
deel van dit afval bij het restafval terecht.
In het ‘Actieplan Asbest’ van LNE staat letterlijk als knelpunt vermeld: ‘Particulieren weten doorgaans niet wat er moet gedaan worden met kleine hoeveelheden ongebonden toepassingen van asbest’.
In haar advies van 30 november 2010 vraagt de PMiNa-Raad aan de Vlaamse overheid om kleine gebruiksvoorwerpen die (mogelijk) ongebonden asbest bevatten (zoals ovenhandschoenen, onderzetters, hoezen voor strijkplanken e.d. en ook kleine hoeveelheden asbestkoord), gratis in te zamelen via de gemeentelijke containerparken bij het ‘KGA’. Het ingezamelde materiaal moet aangeboden worden in een dubbele, luchtdichte, plastieken zak voorzien van een etiket ‘Asbest’.
Volgens advies werd unaniem uitgebracht:
Het nieuwe recyclagepark zal gebouwd worden op de gronden gelegen Cantecroylaan 32 te Mortsel.
Er werd beslist dat de exploitatie uitbesteed wordt aan IGEAN milieu en veiligheid. Ze gaat gepaard met de invoering van het gemeenschappelijke DIFTAR-systeem van IGEAN milieu en veiligheid, zoals toegepast in de containerparken van de buurgemeenten Hove, Boechout, Borsbeek, Kontich, Lint, Aartselaar, Rumst, Schelle en andere gemeenten die mogelijk nog toetreden tot dit systeem.
De plannen:
Erik Mertens toont de leden van de milieuraad de bijna definitieve versie van
de slimme-wegenkaart die naast de lokale fietsverbindingen in Mortsel, Edegem en
Hove ook het openbaar vervoeraanbod weergeeft.
Een pluspunt van deze kaart is dat ze niet aan de gemeentegrenzen stopt.
Vanaf 7 mei 2010 zal de kaart verkrijgbaar zijn op het stadhuis, de bibliotheek of de technische dienst.
De kaart is eveneens te vinden op de website van de stad Mortsel.
Gechloreerde solventen behoren tot de meest voorkomende verontreinigende stoffen door hun wijdverspreid gebruik als oplosmiddelen en ontvetters. Door hun fysicochemische eigenschappen veroorzaken ze grote verontreinigingpluimen in het grondwater. De veroorzaker van de verontreiniging is meestal een kleinschalige activiteit zoals een droogkuis, garage of metaalverwerkend bedrijf. In het dichtbevolkte Europa bevinden deze pluimen zich vaak onder bebouwing, wat de bereikbaarheid voor onderzoek en sanering bemoeilijkt. Bovendien kunnen deze stoffen uitdampen en zo de kwaliteit van de binnenlucht in gebouwen aantasten. In stedelijke omgeving zorgen verschillende bronnen vaak voor gemengde en complexe grondwaterverontreinigingen.
De sanering van dit type verontreiniging is moeilijk en tijdrovend. Daarnaast is het een dure aangelegenheid die in vele gevallen de financiële draagkracht van de veroorzaker van de verontreiniging overstijgt. Ook zijn vele veroorzakers niet meer opspoorbaar of kunnen ze niet meer aansprakelijk gesteld worden omdat de pluimen niet meer duidelijk te onderscheiden zijn. Administratieve en juridische procedures worden soms maximaal uitgeput om het proces te vertragen. Vervuiling heeft niet enkel een rechtstreeks impact door mogelijke blootstelling aan contaminanten. Indirect wordt ook herontwikkeling geremd en wordt de levenskwaliteit aangetast door de onzekerheid en door het trage traject van onderzoek en sanering.
Er is al uitgebreid onderzoek gedaan naar mogelijke technische oplossingen voor sanering, maar een stedelijke omgeving legt meer randvoorwaarden op dan enkel die gelinkt aan de techniek zelf. Er is een nood aan een geïntegreerde aanpak voor de aanpak van dit type verontreiniging. Het CityChlor project wil niet enkel technische kennis over karakterisatie en sanering samenbrengen, maar wil richtlijnen uitwerken over hoe omgegaan moet worden met organisatorische en socio-economische aspecten en met communicatie.
Het CityChlor project wordt uitgevoerd door een partnerschap tussen 9
partners uit Vlaanderen, Duitsland, Frankrijk en Nederland. Naast coördinator
OVAM participeren Bodem+, ITVA, INERIS, ADEME, gemeente Utrecht, Stad Gent, Stad
Mortsel en Landeshauptstadt Stuttgart.
In Mortsel wordt de droogkuis op de Statielei aangepakt.
Het project heeft een geraamd budget van 5,2 miljoen euro en wordt voor 50%
gefinancierd met fondsen uit het ERDF (European Regional Development Fund) door
het Europees INTERREG IV-B programma voor Noordwest-Europa (INTERREG IV-B NWE).
Het doel van het project is het uitwerken van een geïntegreerde aanpak voor bodem- en grondwaterverontreiniging met gechloreerde solventen in stedelijke omgeving. Een geïntegreerde aanpak moet leiden tot een verbetering van de kwaliteit van bodem en grondwater, een duurzamere ruimtelijke stadsplanning en een verbetering van de omgevingskwaliteit. Onderwerpen waarrond zal worden samengewerkt zijn:
Op 27 januari 2010 werd het project gelanceerd met een Start Event in Utrecht. De inhoudelijke start van het project wordt gevormd door regionale workshops die in het voorjaar van 2010 in elk van de betrokken regio’s worden gehouden. In Vlaanderen zal begin maart 2010 een workshop worden georganiseerd in Mechelen, waarop alle betrokkenen en geïnteresseerden zullen worden uitgenodigd.
Er werden vanuit het stadsbestuur geen punten aangemeld.
De VMM zal in 2010 luchtmetingen uitvoeren in 13 Vlaamse steden waaronder Mortsel. De 3 Mortselse meetposten bestaan uit passieve staalnemers voor NOx (stikstofoxiden). Ze zijn opgehangen op de Antwerpsestraat, G Gezellelaan (150 m van de hoofdas) en Lindenlei (65 m van de hoofdas). De samplers worden om de 14 dagen vervangen.
Distels hebben een plaats in de natuur, maar dienden vroeger bestreden te worden omdat ze schade veroorzaakten bij de teelt van cultuurgewassen. De verplichte distelbestrijding is in de buurgemeenten reeds afgeschaft.
Er wordt gevraagd om als milieuraad een advies tot afschaffing van de distelbestrijding uit te brengen.
Opmerking vanuit Kontich:
- Op grond van artikel 43 en 44 van het KB van 19 november 1987 moet in Vlaanderen de bloei, de zaadvorming en het uitzaaien belet worden van vier soorten distels die voor de landbouw « schadelijk » worden geacht. Het gaat om Akkerdistel, Speerdistel, Kale Jonker en Kruldistel.
- Met betrekking tot de verdelgingsplicht van de Kale jonker kan in natuurgebieden met wetenschappelijke waarde of natuurreservaat een afwijking worden toegestaan door de Dienst Plantenbescherming.
- De Minister van landbouw en de provinciegouverneurs kunnen overigens bestrijdingsmaatregelen opleggen op de tijdstippen en de plaatsen die zij aanduiden.
- Luidens artikel 50 § 6 van het Veldwetboek waakt de burgemeester over de stipte uitvoering van wetten en verordeningen betreffende de uitroeiing van distels en andere gewassen die schadelijk zijn voor de landbouw.
Je hebt bouw- of verbouwplannen? Goed nieuws. Infrax leert je hoe je tot 50 % op je energierekening bespaart, en je woning intussen ook nog gezonder en comfortabeler maakt. Hoe? Met de InfraxBouwTeams.
Een BouwTeam bestaat uit een 20-tal kandidaat-(ver)bouwers. Een bouwdeskundige geeft je de nodige technische en praktische kennis mee over duurzaam en energiezuinig bouwen. Altijd handig. Zelfs als je tijdens de werken niet zelf de handen uit de mouwen steekt.
Je leert er bijvoorbeeld de voor- en nadelen van de diverse bouwmaterialen kennen. Zo kan je veel beter onderhandelen met architecten, aannemers en verkopers. En je neemt de juiste beslissingen om je woning energiezuiniger, milieuvriendelijker, comfortabeler én gezonder te maken.In het BouwTeam ontdek je de geheimen van een doorgedreven isolatie en een aangepaste ventilatie. Hiermee schroef je je energierekening fiks terug. Tot maar liefst 50 %. Bovendien creëer je zo een gezondere en comfortabelere leefomgeving.
Maar er is meer. Dankzij het BouwTeam ben je er zeker van dat je woning volledig voldoet aan de Energieprestatieregelgeving van het Vlaamse Gewest. Zowel op het vlak van thermische isolatie, energieprestatie als binnenklimaat. Zo kan je op beide oren slapen in je nieuwe of vernieuwde woning.Voor de organisatie van een BouwTeam in onze regio slaan de gemeenten Mortsel en Boechout de handen in elkaar. De cursus duurt 2 dagen en vindt plaats op: (telkens van 9.00 tot 17.00 uur. Er is een middagmaaltijd en drank voorzien)
- zaterdag 5 juni in de grote refter van het stadhuis te Mortsel, Stadsplein 1, 2640 Mortsel
- zaterdag 12 juni in de raadzaal van het gemeentehuis te Boechout, Heuvelstraat 91, 2530 Boechout
Deelname aan een InfraxBouwTeam kost 35 euro.
Inschrijven kan via www.bouw-teams.be of telefonisch bij Dialoog vzw op het nummer 016 23 26 49.
Meer info:
www.bouwteams.be
Technische dienst - Tel. 03 444 18 41
De verkoop van kippen is in februari van start gegaan.
Ditmaal wordt er samengewerkt met Lint voor de aankoop. Hove en Boechout gaan dit jaar geen kippen verkopen.
Er werden dit jaar 79 kippen verkocht aan 28 gezinnen.
Op zaterdag 29 mei 2010 zullende kippen bedeeld worden.
De tankslag 2010 (collectieve opruiming van oude stookolietanks) is ook weer van start gegaan.
Er zijn 34 aanvragen om eind juni 2010 hun tank te laten saneren. Uit ervaring met vorige actie weten we dat bijna iedereen die een aanvraag doet, ook de tank effectief laat neutraliseren.
CV-installateurs komen vaak als eerste in aanraking met potentieel asbesthoudende plaasterisolatie bij burgers. Daarom werden alle 54 installateurs die in een straal van 5 km rond Mortsel wonen aangeschreven. Ze ontvingen een flyer met specifieke informatie rond plaasterisolatie.
Reeds enkele installateurs informeerden naar de mogelijkheid om asbestanalysen te laten uitvoeren via de Mortselse milieuraad.
laatste wijziging: 23/06/22