Berghmans Hugo; Berghmans Marc; Creemers Annemie; Cuypers Koen; De Haes Paul; Desmyter Jan; Iven Ivo; Lambert Griet; Lauwers Charles; Mertens Erik; Pepermans Tinneke; Scheys Monique; Tobback Marc; Van Dyck Paul; Van Peer Ria; Prims Erik
|
|
Laatste voorstel FOST Plus |
Nieuwe overeenkomst |
Uitstapscenario |
|
---|---|---|---|
Opvolgingskosten 1999, 2000, 2001 |
43.185€ |
Te betalen 101.440€ |
Te betalen 101.440€ |
Opvolgingskosten 2002 |
Incl. cijfer boven |
Te betalen 112.582€ |
Te betalen 112.582€ + 110.885€ (ophaling en verwerking april t.e.m december) |
Inkomsten PMD-zakken |
0 € voor de stad zelf De opbrengst gaat volledig naar de opvolgingskosten en de uitvoering van nog uit te werken preventieprojecten i.s.m. IGEAN (contractueel bepaald tussen IGEAN en Fost Plus) |
0 € voor de stad zelf De opbrengst gaat volledig naar de opvolgingskosten en de uitvoering van nog uit te werken preventieprojecten i.s.m. IGEAN (contractueel bepaald tussen IGEAN en Fost Plus) |
110.000€/jaar (raming) |
Uitgaven ophaling en verwerking PMD, glas, papier en karton (25%) |
0 € |
0 € |
147.846€/jaar (raming)
|
Verkoopsprijs PMD-zak |
0.372€ |
0,50€ |
0.75€ |
Opvolgingskosten vanaf 2003 in €/jaar |
11.000€/jaar |
11.000€/jaar |
11.000€/jaar |
Totale eenmalige kosten uit verleden |
43.185€ |
214.022€ |
324.907€ |
Kosten op jaarbasis vanaf 2003 (inkomsten – uitgaven) |
- 11.000€ |
- 11.000€ |
- 48.846€ |
Erik Mertens wees erop dat op de info-avond “windmolens” door de spreker gesteld is dat Mortsel niet goed gelegen is om een windmolenproject te realiseren. Deze samenvatting van de info-avond is niet voldoende genuanceerd: de spreker wees ook op de symbool- en sensibilisatiefunctie van dergelijke constructies.
Binnen de milieuraad wordt erop gewezen dat bovenstaande stelling de mening is van één bedrijf. Een tweede opinie vragen, is een gezond principe.
In afwachting dat er een eventueel advies geformuleerd wordt, gaat Erik Mertens daarom bij Elektrabel informeren of zij kunnen controleren of er voldoende windkracht is om en windmolen (winstgevend) aan te drijven.
In de nasleep van de discussie over de windmolens, werd gedebatteerd over de kosten/baten-analyse van verschillende milieu-investeringen.
Enkele kernzinnen:
Op de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 12/11/2002 werden volgende adviezen besproken:
In Mortsel Info van november 2002 is een artikel verschenen waarin de kringloopwinkel “Opnieuw & Co.” wordt aangeprezen.
Mevrouw Scheys deelt mee dat de middenstandsraad protesteert tegen deze vorm van reclame in het stedelijk informatieblad. Gezien er, naast “Opnieuw & Co.”, verschillende Mortselse handelszaken producten met een tweede leven verkopen, wordt het artikel aanzien als oneerlijke concurentie.
Erik Mertens wijst op het sociale doelstellingen van “Opnieuw & Co.”. De stad heeft bovendien de plicht (opgenomen in samenwerkingsovereenkomst met Vlaamse Gemeenschap) de werking bekend te maken in haar informatieblad voor de kringloopwinkel waarmee zij een overeenkomst heeft gesloten.
Er wordt voorgesteld om een aparte brochure “duurzaam consumeren” te publiceren waarin alle Mortselse zaken die herbruikbare goederen verkopen in vermeld staan.
op basis van de mogelijke routes zoals voorgesteld door Annemie Creemers, is er een fietstocht van bijna 15 km uitgestippeld door de groene zone ten noordoosten van de stad.
Om snel tot een realisatie te komen, is er geopteerd om gebruik te maken van wegen en paden waar fietsverkeer toegelaten is.in een tweede fase kunnen we bij het stadsbestuur ijveren om bepaalde wandelpaden ook toegankelijk te maken voor fietsverkeer (vb. de berm). Hierdoor ontstaan opportuniteiten om nog andere interessante routes te ontwikkelen.
in avant-premiere: voorstel fietsroute zwembad - fort 4 - klein zwitserland - luchthaven - gasthuishoeve - bessemgebied - zwembad
tot op heden is het preventieproject rond wegwerp-boodschappentasjes niet erg succesvol geweest.
op Ifest 2002 werd een totaal nieuw concept voorgesteld: “two bag in one” - het verkopen van boodschappentasjes, die later als “officiële” vuilniszak kan gebruikt worden.
voordelen:
- men koopt in de winkel een herbruikbare boodschappentas die later (op einde van zijn leven) kan gebruikt worden als vuilniszak. (gemeente is de verkoper van deze boodschappentassen - )
- vuilniszakken worden per stuk verkocht en hebben toch nog een nuttig leven gehad
- breed distibutienet voor de gemeentelijke vuilniszakken
- winkeliers (en dus ook de consument) hebben minder verpakkingskosten
meer info: http://users.skynet.be/sky80068 (two bags in one – Henegouwstraat 111 B-9000 Gent – 09/224.49.98 – orandus@skynet.be)
bij de aanleg van o.a. de St. Benedictusstraat en de Fortstraat merken we dat de huidige tegels van 30*30 cm (die in goede staat zijn) worden vervangen door nieuwe tegels van 20*20 cm.
Omdat de stad hergebruik dient aan te moedigen, lijkt het evident dat bij heraanleg de oude straattegels teruggeplaatst worden.
De stad zou (reeds langer) systematisch opteren voor het vervangen van de 30*30-tegels door de dikkere tegels van 20*20 cm omdat deze stabieler liggen (worden minder stukgereden) en dus minder onderhoud vragen.
Jan Desmyter meldt dat in Nederland (nieuwe) straattegels te verkrijgen zijn waarvan de onderlaag bestaat uit gerecycleerd materiaal (bovenlaag = nieuw materiaal omwille van bestendigheid tegen strooizout).
Marc Tobback meldt het bestaan van waterdoorlatende straattegels, die mogelijk ook gebruikt kunnen worden (indien de straatbetegeling niet aan de woning grenst i.v.m. waterdoorsijpeling in de kelders)…
meer info over de resultaten van de behaag-actie 2002, kan u vinden in de sectie "acties" op deze website
Het Belgisch Direct Marketing Verbond (http://www.bdma.be) laat weten dat er geen Robinson Fax-lijst meer bestaat. Via de fax kan inderdaad ook reclame op naam verstuurd worden maar de huidige wetgeving stelt dat een bedrijf enkel een fax met reclame aan een consument mag sturen enkel en alleen indien hij/zij zijn voorafgaandelijk akkoord gegeven heeft. Daarom is de Robinson Fax lijst niet meer van toepassing.
Wie illegale graffiti opmerkt kan dit melden aan de preventiedienst (tel. 03/444.17.17 of via e-mail: preventie@mortsel.be).
Wie zelf het slachtoffer wordt van illegale graffiti kan een formulier invullen met aanvraag tot gratis verwijdering van de graffiti.
Men wordt dan gecontacteerd worden door het reinigingsteam van de stad die dan zullen nagaan of de graffiti veilig kan verwijderd worden
Milieuhinder definiëren is geen gemakkelijke opgave. Het is immers een beleving met zowel een objectief als een subjectief karakter. Er zijn verschillende soorten hinder waaronder geluids-, geur-, licht- en stofhinder. Hierdoor kan de levenskwaliteit enorm negatief beïvloed worden en vormt dus voor heel wat mensen een probleem.
In het kader van de cluster hinder van de samenwerkingsovereenkomst “Milieu als opstap naar duurzame ontwikkeling” stelt de provincie Antwerpen een centraal meldpunt voor milieuklachten in. Via dit meldpunt worden de gemelde klachten in MKROS, een door het Vlaams gewest uitgewerkte databank, ingevoerd en verder opgevolgd.
Gezien de ervaring die het Provinciaal Instituut voor Hygiëne reeds heeft opgebouwd inzake hinderonderzoek, worden de meldingen opgevolgd door deze instelling.
Welke klachten worden geregistreerd?
Alle klachten die gerelateerd kunnen worden aan een vergunningsplichtige inrichting of activiteit en klachten die het gevolg zijn van een probleem van geluids-, geur-, stof-, roet- of lichthinder worden geregistreerd in MKROS. Milieuklachten waarvan het vermoeden bestaat dat de menselijke gezondheid wordt aangetast, worden eveneens ingebracht in MKROS. Het is echter niet de bedoeling dat het PIH een bemiddelingskantoor gaat worden voor allerhande burenruzies.
Aan het meldpunt is geen interventiedienst gekoppeld.
De provincie heeft namelijk geen handhavingsbevoegdheid naar vergunningsplichtige inrichtingen toe. Wel kan men uitzoeken welke instantie bevoegd is, zodat ze de klacht gericht kunnen overmaken. Indien noodzakelijk kan het PIH de nodige onderzoeken uitvoeren om de ernst van de hinder vast te stellen.
Waarom is registratie in MKROS belangrijk?
MKROS rnaakt het mogelijk een :goed inzicht te verwerven in de plaatsen waar hinderbronnen aanwezig zijn en waar probleemsituaties zich voordoen zodat op lange termijn gericht acties kunnen ondernomen worden om de hinder terug te dringen.
Hoe melden?
- Tijdens kantooruren (van 09.00 - 12.00 uur en van 14.00- 17.00 uur) kan u met uw milieuklachten terecht op het nummer 03 259 12 58.
- U kan uw klacht ook elektronisch, per brief of per fax overmaken.
Coördinaten:
- MKROS centraal meldpunt
Provinciaal lnstituut voor Hygiëne - Karin Van der Auwera
Kronenburgstraat 45
2000 Antwerpen- e-mail regiowerking@pih.provant.be
- tel 03 259 12 58
- fax 03 259 12 37
Milieuinfo.be is een internet-wegwijzer voor leefmilieu en natuur.
Momenteel kan u enkel nog maar wegwijzers vinden naar internetsites van overheidsinstanties (van de Vlaamse overheid).
In de toekomst zullen eveneens wegwijzers naar milieu- en natuurinformatie van provincies en gemeenten opgenomen worden.
(bron: “Het Wel en Wee van Wijkcomposteren” – OVAM; brochure is te bestellen bij OVAM tegen 4,96 EUR)
Naast het thuiscomposteren en de professionele compostering is er voor de verwerking van huishoudelijk keuken- en soms ook tuinafval, een soort tussenvorm ontstaan, namelijk de wijkcompostering. Hierbij wordt het composteerbare afval niet in de achtertuin of in een professionele installatie gecomposteerd, maar op een gemeenschappelijke locatie, gelegen op privé- of openbaar domein, meestal onder het toeziend oog van één of meerdere vrijwilligers. De nadruk ligt er op afvalverwerking, maar het openbloeien van de sociale contacten in de wijk is een belangrijk nevenverschijnsel.
De meeste wijkcomposteringen staan echter op de rand van het onwettelijke. In de huidige wetgeving wordt de tussenpositie van het wijkcomposteren tussen thuiscomposteren en professionele compostering niet erkend. Dit maakt dat het wijkcomposteren, qua wettelijke verplichtingen, op het niveau van de professionele GFT-compostering zit. Aangezien dit vrij zware verplichtingen inhoudt en/of omwille van onwetendheid hebben slechts weinig wijkcomposteringen de huidige reglementering gerespecteerd. Zowel de wetgeving op de ruimtelijke ordening (bouwvergunning), het decreet op de milieuvergunningen (VLAREM I en II), het afvalstoffendecreet (VLAREA ), als het Koninklijk besluit van 7 januari 1998 betreffende de handel in meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten zijn namelijk op de wijkcompostering van toepassing.
Bij de overheidsinstanties is echter een consensus gevonden om de wetgeving aan te passen zodat in de toekomst een onderscheid zal bestaan tussen de kleinschalige wijkcompostering – die niet meer als afvalverwerking zou worden beschouwd – en de grootschalige wijkcompostering, waarvoor een bouwvergunning vereist is, een milieuvergunning volgens VLAREM, evenals een regelmatige kwaliteitsopvolging en analyse van de compost in toepassing van VLAREA.
Hieronder zetten we nogmaals kort de (mogelijke) toekomstige wijzigingen op een rij. De Vlaamse Compostorganisatie vzw (VLACO) verwacht dat de vereenvoudiging van VLAREM nog zal worden goedgekeurd voor het einde van 2002.
Kleinschalige wijkcompostering
- composteerruimte van maximaal 10 m³
- zal niet meer als afvalverwerking worden beschouwd op voorwaarde dat deze activiteit geregeld is bij gemeentelijk reglement
- VLAREA is niet van toepassing
Een composteerinstallatie is eveneens vrijgesteld van bouwvergunning op voorwaarde dat:
- ze zich bevindt in de omgeving van een vergund woongebouw
- het totaal volume (samen met opgeslagen afval, hout, …) niet meer dan 10 m³ bedraagt
- ze niet zichtbaar is vanaf de openbare weg.
Het geheel van deze omschrijvingen stemt vrij goed overeen met de realiteit van kleinschalige wijkcompostering. De zichtbaarheid vanaf de openbare weg kan wel voor problemen zorgen. Omwille van de sociale controle is een goede zichtbaarheid zeker wenselijk.
Grootschalige wijkcompostering:
- composteerruimte van 10 tot maximaal 25 m3
- zal onderworpen worden aan een milieuvergunning klasse 2
- een bouwvergunning zal vereist zijn
- regelmatige kwaliteitsopvolging en analyse van de compost zullen verplicht zijn in toepassing van VLAREA
Tenslotte kunnen we nog vermelden dat, volgens het Koninklijk besluit van 7 januari 1998 betreffende de handel in meststoffen, bodemverbeterende middelen en teeltsubstraten, een derogatie van het Ministerie van Landbouw nodig is, indien de compost van de wijkcompostering verhandeld zou worden. Dit kan worden vermeden door de afzet te organiseren bij de leveranciers van het afval (dus de wijkbewoners zelf), op de wijkcomposteerplaats of in gemeentelijke groendomeinen.
Bovendien heeft de Vlaamse regering eind maart 2002 een subsidiebesluit inzake huishoudelijk afval goedgekeurd. Op basis daarvan kunnen wijkcomposteerplaatsen gesubsidieerd worden indien enkele minimum voorzieningen, zoals een omheining van de wijkcomposteerplaats en een schuilhok aanwezig zijn.
Om vanaf januari 2004 nog bestrijdingsmiddelen te mogen gebruiken op openbare domeinen, moeten lokale besturen (en andere openbare diensten) een reductieprogramma indienen tegen 1 juni 2003. Ter begeleiding hiervan zal de Vlaamse overheid een uitvoeringsbesluit en een draaiboek opmaken. Dit zou er als volgt uitzien.
In het reductieprogramma zijn sensibilisering van de gebruikers en vervanging van de gebruikte producten door minder schadelijke producten, een eerste blok aan acties voor de jaren 2004-2008. Voor de keuze van producten zal de milieumeetlat (uit de cluster vaste stoffen van het milieuconvenant) vervangen worden door de POCER-indicator die met meer indicatoren rekening houdt (bv. gezondheid gebruiker). De VVSG bepleit hierbij ook een "witte lijst" van producten die sowieso worden aanvaard.
Een tweede "blok" aan acties betreft een voorbeeldproject in de jaren 2005-2008. Dit voorbeeldproject moet zich situeren binnen de groendomeinen en wegen van 20 % van de gemeente-oppervlakte. Het project omvat een aangepast beheer van verhardingen en groenzones en de sensibilisering van de inwoners. Hierbij blijft de vraag bestaan of hieruit niet best afgezonderd worden de kerkhoven en sportvelden, waar klassieke bestrijding haast de enige mogelijkheid is.
In de periode vanaf 2009 moet de ervaring van het voorbeeldproject leiden tot een volledige afbouw van het bestrijdingmiddelengebruik op het gehele openbaar domein.
De VVSG dringt erop aan dat de Vlaamse overheid duidelijk maakt welke noodzakelijke afwijkingen ze in elk geval zal toestaan.
De Vlaamse overheid zal ook de gemeenten financieel stimuleren om haar inwoners te sensibiliseren minder bestrijdingsmiddelen te gebruiken (hoe en wanneer is nog niet duidelijk); ze zal trouwens zelf een mediacampagne organiseren voor het grote publiek in februari 2003. De VVSG verwacht van de Vlaamse overheid ook nog een beargumenteerde raming van de meerkost van alternatieve onkruidbestrijding.
Meer info: Christophe Dierckxsens (AMINAL afd. Water - christophe.dierckxsens@lin.vlaanderen.be - tel. 02-5532144)
(bron: Milieumail© 21 november 2002 - Digitale Milieunieuwsbrief van de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten)
laatste wijziging: 23/06/22